Tussen China en de VS: Europa op een geopolitiek kruispunt
Analysis Geopolitics & Global Order

Tussen China en de VS: Europa op een geopolitiek kruispunt

22 Sep 2020 - 15:34
Photo: Kruispunt. © Pixabay
Back to archive

In de huidige veranderende wereldorde lijken de Verenigde Staten en China de centrale actoren te worden. Welke houding kan Europa aannemen ten aanzien van deze supermachten? Volgens David Criekemans dwingt de nieuwe geopolitieke realiteit de EU tot een Europese balanspolitiek.

De Verenigde Staten (VS) zijn lang dé veiligheidspartner van de West-Europese landen geweest. Na de Tweede Wereldoorlog konden de VS hun macht consolideren door het Marshallplan. Het ontstaan van de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie (NAVO) in 1949 vormde de veiligheidscomponent van deze zelfde relatie, mogelijk gemaakt door technologische ontwikkelingen zoals machtsprojectie via vliegtuigen.

Tijdens de Koude Oorlog kon Europa niets anders doen dan haar wonden likken, met een IJzeren Gordijn als permanente herinnering aan de waanzin van geostrategische ambities en oorlog op het Europese schiereiland. De specifieke veiligheidsuitdagingen waarmee we vandaag de dag geconfronteerd worden, hebben een fundamenteel ander karakter.

Tijdens de Koude Oorlog bestond er vooral een prevalentie van interstatelijk geweld, vaak als onderdeel van de vijandige bipolarisering. Met de aanslagen van 11 september 2001 in New York en Washington leek terrorisme echter het nieuwe paradigma te worden, denk maar aan de aanslagen in Madrid, Londen of Parijs.

9/11 Tribute in 2019. © Pixabay
9/11-herdenking in 2019. © Pixabay

Tegelijkertijd werd het begrip ‘veiligheid’ in de praktijk breder; van de harde militaire interpretatie naar economische veiligheid, ecologische veiligheid, en door corona nu ook gezondheid, maatschappelijke veiligheid en regimeveiligheid. De Koude Oorlog was relatief eenvoudig en voorspelbaar. Onze omgeving is vandaag veel complexer.

De trans-Atlantische relatie
De trans-Atlantische relatie heeft relatief gezien in belang afgenomen. Tijdens de Amerikaanse inval in Irak in maart 2003 werden de eerste scheuren in de alliantie duidelijk zichtbaar. Sommige West-Europese landen,  zoals Frankrijk, Duitsland en ook België, waren bijzonder kritisch. Landen als Spanje, het Verenigd Koninkrijk en Nederland, alsook Centraal-Europese landen, steunden president George W. Bush juist. De Europese Unie (EU) was hierdoor niet in staat om met één stem te spreken.

Je leest steeds vaker Amerikaanse analyses die stellen dat Europa uiteindelijk voor “ons” – lees: de VS – zal (moeten) kiezen

Hoewel de Europees-Amerikaanse relatie onder de Democratische president Barack Obama leek te verbeteren, was zijn beleid toch vooral gericht op een ‘Pivot to Asia’. De steeds duidelijkere geo-economische en geostrategische opkomst van China moest ingedamd worden. Het leek alsof de trans-Atlantische relatie daarom afnam wat betreft de geostrategische prioriteiten van de VS.

De gebeurtenissen in Irak en Syrië zorgden ervoor dat de VS in de regio moest blijven, zeker nadat bleek dat het ontstane machtsvacuüm werd opgevuld door terroristische organisaties. Amerikaanse strategische denkers focusten daarnaast steeds duidelijker op het indammen van de geostrategische opkomst van China. Toch bleef Washington het multilateralisme steunen en samenwerken met Europese partners.

Demonstratie tegen de Irakoorlog, 2003. © Flickr / Elvert Barnes
Demonstratie in februari 2003 in New York tegen de Irak-oorlog. © Flickr / Elvert Barnes

Met de opkomst van Donald Trump werd de ‘langzame terugtrekking’ versneld naar economisch protectionisme, unilateraal handelen en een ‘America First’-beleid. De Amerikaans-Chinese handelsoorlog ontspoorde en kreeg daarnaast een tech component via onder meer nieuwe technologieën als 5G (bijvoorbeeld Huawei), populaire apps (zoals TikTok) en datakabelinfrastructuur.

Dat doet de vraag rijzen of de toenemende spanningen tussen de twee grote rivalen ook geen impact zullen genereren op de Europese landen. Je leest steeds vaker Amerikaanse analyses die stellen dat Europa uiteindelijk voor “ons” – lees: de VS – zal (moeten) kiezen.

Dergelijke analyses houden er echter geen rekening mee dat er landen zijn zoals Hongarije die steeds openlijker hun eigen balanspolitiek voeren tussen Brussel en Beijing. Zo investeert China verder vanuit ‘zijn’ Chinees-Griekse haven Piraeus in spoorwegen en goederenlijnen richting Boedapest, over de Balkan. Ook Italië sloot zich recent aan bij dergelijke Chinese initiatieven.

Men wenst dat andere landen de Chinese superioriteit erkennen in verschillende sectoren, en hun samenwerking hieraan aanpassen

Dit maakt een scenario waarschijnlijker waarbij de huidige EU door toenemende geo-economische en geostrategische druk misschien zal herorganiseren. Zullen landen als Hongarije en Polen hun eigen weg kiezen?

De Amerikaanse interne politieke ontwikkelingen hebben daarnaast ook  gevolgen voor Europa. Het lijkt erop dat de VS en Europa niet altijd meer dezelfde waarden delen, zeker niet wanneer Trump nogal halfslachtig in bewonderende termen spreekt over autoritair leiderschap.

Obama spreekt de troepen toe tijdens zijn Aziatische reis. © Flickr / U.S. Army Garrison Casey
De toenmalige president Obama spreekt Amerikaanse troepen toe op een basis in Zuid-Korea tijdens zijn Aziatische reis in 2019. © Flickr / U.S. Army Garrison Casey

De Franse president Emmanuel Macron en Duitse bondskanselier Angela Merkel maakten hierdoor een omslag. Er is een drive om te investeren in Europese defensie, in Europees industrieel beleid en in klimaatverandering. De Brexit zorgt ervoor dat de Frans-Duitse as geopolitiek terug in het midden staat.

De geleidelijke terugtrekking van de VS uit Europa, en de vaststelling dat Trumps Washington de EU op handelsvlak als een geo-economische rivaal ziet, vormden een wake-up call voor Europa.

De literatuur over wijzigingen in het wereldsysteem leert ons dat het vooral gevaarlijk kan zijn als een opkomende macht er andere waarden op na houdt in vergelijking met de rest van die internationale gemeenschap

Chinese opmars
Hoe China zich gaat ontwikkelen zal bepalend zijn voor de look-and-feel van de nieuwe wereldorde. Xi Jinping is van plan om de grootste macht ter wereld te worden; geo-economisch, geostrategisch en geopolitiek. Het oude ‘tribuutsysteem’ van de Chinese keizers samen met de zijdenroutes uit het verleden werken daarbij inspirerend. Men wenst dat andere landen de Chinese superioriteit erkennen in verschillende sectoren, en hun samenwerking hieraan aanpassen.

Het gaat om het herstel van het aanzien dat de Chinezen – in hun visie – door toedoen van de harde westerse zeemacht verloren zijn sinds 1820. Tegen 2049, de honderdste verjaardag van de Chinese Volksrepubliek, moet deze ambitie gerealiseerd worden.

Skyline van Shanghai, 2018. © Flickr / Victor
Skyline van Shanghai, 2018. © Flickr / Victor

Lang zagen we China als een plaats om handel te drijven, als een markt; niet als een geo-economische, en laat staan geopolitieke rivaal. De literatuur over wijzigingen in het wereldsysteem leert ons dat het vooral gevaarlijk kan zijn als een opkomende macht er andere waarden op na houdt in vergelijking met de rest van die internationale gemeenschap. Denk bijvoorbeeld aan de waarden van de Franse republiek onder keizer Napoléon I, die de monarchieën van Europa in gevaar brachten.

China heeft zijn geo-economische macht de laatste jaren zorgvuldig getracht te verzilveren via geopolitieke partnerschappen met landen in bijvoorbeeld Afrika vanwege natuurlijke grondstoffen. Nu rolt Beijing via investeringen in handelscorridors in Eurazië over land en zee een netwerk uit dat in eerste instantie economisch is, maar eigenlijk een geopolitiek karakter heeft.

Soft power moest ons doen vergeten dat het virus was ontstaan in China zelf

Door de economieën van deze landen interdependent – oftewel, onderling afhankelijk van elkaar – te maken met China kan men via een ‘zachte’ weg hun geopolitieke oriëntatie in een andere richting duwen. Zonder oorlog te voeren, wint men zo de strijd. Dat is pure Sun-Tzu, één van de Chinese grootmeesters in strategisch denken.

China creëerde een eigen Asian Investment and Infrastructure Bank (AIIB) als alternatief voor het Internationaal Monetair Fonds (IMF). De AIIB helpt landen in nood om hun economieën te herstructureren via investeringen in diezelfde handelscorridors, zonder lastige vragen te stellen rond democratie en mensenrechten.

Technologisch museum in Shanghai. © Flickr / Wolfgang Staudt
Het technologisch museum in Shanghai. © Flickr / Wolfgang Staudt

De coronacrisis bracht dit jaar een nogal doorzichtige Chinese mondkapjesdiplomatie op gang, waarbij de kwaliteit van de goederen soms nogal bedenkelijk was. Deze poging tot soft power moest ons doen vergeten dat het virus was ontstaan in China zelf, en dat het land initieel door autoritaire onderdrukking had geprobeerd om de dokters die aan de alarmbellen trokken te neutraliseren.

Nadien stelde China de zogenaamde kracht van haar autoritaire model tentoon aan de wereld, waarmee het land suggereerde dat haar model performanter was in het aanpakken van het coronavirus.

Tevens ontstond een debat over de afhankelijkheid van westerse economieën van China voor allerlei cruciaal en medisch materiaal, maar dezelfde analyse kan ook gemaakt worden voor andere sectoren. Europese landen moeten de wereld van vrijhandel niet opgeven, maar enige aspecten van de huidige economische relaties op mondiaal vlak moeten wel fundamenteel herzien worden.

Momenteel hebben we toch nog steeds deels in de hand hoe die wereld eruit zal zien

Bovendien is er het vraagstuk van de mondiale economische transformatie rond nieuwe technologieën als 5G, elektrische wagens en schaarse grondstoffen, fundamentele vrijheden, en big data. De Chinees-Amerikaanse strijd op dit vlak dreigt Europa geo-economisch naar een derde plan te duwen.

Enkel een forse industriële politiek die misschien zelfs de Europese concurrentieregels in sommige sectoren wat uitholt, zou dit kunnen verhinderen. Het is dus een race tegen de klok voor Europa om nog relevant te blijven, zowel geo-economisch als geopolitiek.

Hoofdkwartier van Huawei in Shenzhen, 2015. © Flickr / Kārlis Dambrāns
Hoofdkwartier van Huawei in Shenzhen, 2015. © Flickr / Kārlis Dambrāns

Naar een Europese balanspolitiek
Er wachten de Europese landen bijzonder belangrijke jaren. We leven duidelijk in een interregnum, een periode van geopolitieke herschikking van de tektonische platen.

Momenteel hebben we toch nog steeds deels in de hand hoe die wereld eruit zal zien. Dat kan op basis van gedegen geopolitieke en geo-economische analyses om gemeenschappelijke doelen te identificeren en gezamenlijke instrumenten in te zetten.

De beste manier voor Europa om boven haar gewicht uit te spelen, is wellicht door een balanspolitiek te voeren tussen de grote polen van de wereldpolitiek, zoals Washington, Beijing, Moskou en Londen. Zo kunnen gevaren afgeweerd worden, en de Europese vrijheden en welvaart beschermd.

Dit vraagt ook vooral interne cohesie binnen de EU. Vooral hier wringt het schoentje. Omdenken en leren omgaan met deze nieuwe geopolitieke realiteit zullen centraal staan in onze politieke keuzes. Niettemin schuilt in elk gevaar ook opportuniteit.

Een langere versie van dit artikel verscheen op 18 augustus 2020 in het Belgische tijdschrift Tertio: Christelijk Opinieweekblad.

Authors

David Criekemans
Associate Professor in International Relations at the University of Antwerp (Belgium)