De dubbelzinnigheid van democratie en dynastie in de Verenigde Staten
Analyse Diplomatie & Buitenlandse Zaken

De dubbelzinnigheid van democratie en dynastie in de Verenigde Staten

20 May 2015 - 15:54
Photo: Flickr / David Valdez
Terug naar archief

Volgens The American Dream kan een krantenjongen het schoppen tot president. In werkelijkheid zijn het vooral rijke families die het verloop van de Amerikaanse geschiedenis bepalen. Nergens is deze paradox meer zichtbaar dan in de Amerikaanse politiek. In de afgelopen tweehonderd jaar zijn er maar liefst zevenhonderd families geweest waarvan meerdere familieleden in het Congres hebben gezeten.

Ook tijdens de aankomende presidentsverkiezingen in 2016 zullen dynastieën waarschijnlijk een belangrijke rol spelen. De Democraat Hillary Clinton doet mee aan de race om het Witte Huis en de kandidatuur van Republikein Jeb Bush lijkt een kwestie van tijd. Mocht een van de twee kandidaten winnen in 2016, dan zou dat een derde president Bush in dertig jaar betekenen of een tweede Clinton in twee decennia.

Politieke families
No title of nobility shall be granted by the United States: and no person holding any office of profit or trust under them, shall, without the consent of the Congress, accept of any present, emolument, office, or title, of any kind whatever, from any king, prince, or foreign state”.

Zo luidt een passage uit de Amerikaanse Constitutie die in 1787 werd opgesteld door de Founding Fathers. De boodschap was duidelijk: de politieke macht zou in de nieuwe democratie worden bepaald door de stem van het volk en zeker niet in handen liggen van de aristocratie.[1]

Maar de inkt op de Declaration of Independence was nog niet opgedroogd of de Amerikaanse politiek veranderde zowaar in family business. Politieke dynastieën betreffen dan ook families. Van een dynastie is sprake als er minstens drie generaties van dezelfde familie verschillende politieke posten hebben bekleed, variërend van het Witte Huis tot het Huis van Afgevaardigden en de Senaat.[2] Dynastieën horen dus niet alleen bij presidentiële politiek. Ook in het Huis van Afgevaardigden en de Senaat zetelen tientallen politieke families.

Michigan & Arizona
De staat Michigan werd bijvoorbeeld van 1933 tot 2015 in het Huis van Afgevaardigden vertegenwoordigd door John Dingell, Sr. en zijn zoon John Dingell, Jr. In januari 2015 trad de 88-jarige John Jr. na een carrière van maar liefst 57 jaar uit de politiek. Maar daarmee kwam de Dingell-dynastie niet ten einde: zijn 61-jarige vrouw Debbie Dingell volgde hem op in november 2014.

In het westen van de Verenigde Staten regeert al decennialang de Udall-dynastie. De familie bracht senators en congresleden voort van Arizona (Morris Udall) tot New Mexico (Tom Udall) en Colorado (Mark Udall). Het familieverhaal begon begin twintigste eeuw in Arizona, waar twee leden van de Udall-familie werden verkozen tot burgemeester van Phoenix. Ook kende de familie twee rechters in het Hooggerechtshof en was Stewart Udall van 1961 tot 1969 minister van Binnenlandse Zaken onder Kennedy en Johnson.[3]

Aantal dynastieën daalt
Een interessante ontwikkeling is dat het aantal dynastieën in het Congres langzamerhand daalt. Uit onderzoek door de economen Ernesto Dal Bó en Jason Snyder blijkt dat het percentage politieke families in het Congres tussen 1787 en 1858 elf procent betrof, tegenover zes procent na 1966.[4]  Dit heeft te maken met het feit dat de competitie in de politiek na 1787 is toegenomen.[5]

Een kandidaat in het huidige mediatijdperk moet naast retorisch talent ook een flinke dosis charisma hebben om de kiezer te overtuigen. Een bekende achternaam geeft voordelen, maar is niet genoeg. Daardoor leggen dynastieke politici het soms toch af tegen nieuwe politieke talenten. Tijdens de Democratische voorverkiezingen in 2008 verloor Hillary Clinton bijvoorbeeld verrassend van de relatief onbekende senator Barack Obama.

[[{"type":"media","view_mode":"media_large","fid":"3055","attributes":{"alt":"Foto: Flickr / Marc Nozell","class":"media-image","height":"320","style":"width: 480px; height: 320px;","width":"480"}}]]
Foto: Flickr / Marc Nozell

Politieke dynastieën zijn bovendien niet statisch. Sommige families verdwijnen van het toneel, terwijl anderen aan macht winnen. Zo is de 19e eeuwse Washburn-dynastie zo goed als vergeten, ondanks het feit dat zij vier generaties aanwezig waren in de Amerikaanse politiek. Sinds de tweede helft van de twintigste eeuw behoren de Bushes, Kennedy’s en Clinton’s tot de top van de politieke macht in Washington.

Macht verklaard
De macht van politieke dynastieën in de Verenigde Staten is niet met een simpel antwoord te verklaren. Politieke families hebben hun machtige positie in Washington te danken aan een combinatie van economische, politieke en sociale factoren. Ze zijn onderdeel van een complex politiek spel waarin geld, connecties en naamsherkenning invloed hebben op donoren, lobbyisten en de kiezer.

Neem bijvoorbeeld de zogeheten PACS, een goed voorbeeld van het belang van donateurs voor politieke campagnes. Deze comités zamelen samen ongeveer een derde van het campagnegeld voor leden van het Huis van Afgevaardigden in, en ongeveer zestien procent voor de Senaat. Al maanden voor haar kandidaatstelling heeft een Super PAC miljoenen ingezameld voor de campagne van Hillary Clinton. Door een beslissing van het Hooggerechtshof in april 2014 zal geld een nog grotere rol gaan spelen in de Amerikaanse politiek. Amerikanen mogen voortaan geld doneren aan zoveel kandidaten en campagneorganisaties als ze maar willen.

Het spreekt voor zich dat vooral rijke Amerikanen een bijdrage leveren aan de campagnekas. Sterker nog, het percentage ‘gewone’ Amerikanen dat meer dan tweehonderd dollar doneert aan campagnes is bijna nul. Tegenstanders van dit systeem vrezen dat de politiek door de Super Pacs nog meer geregeerd zal worden door het grote geld. “Deze beslissing maakt van ons systeem een speeltuin voor Amerika's miljardairs en miljonairs,” reageert Fred Wertheimer van belangenorganisatie Democracy 21. “Het helpt een nieuwe klasse van politieke oligarchen in het zadel.”[6]

 

Een bekende familienaam heeft invloed op het verloop van een verkiezing

 


Een naam als Bush, Clinton of Kennedy opent vele deuren die voor anderen gesloten blijven. Het geeft ze een streepje voor op een niet-dynastieke kandidaat die zijn of haar naamsbekendheid en connecties in Washington nog moet zien op te bouwen. Een bekende familienaam heeft invloed op het verloop van een verkiezing. Tijdens een verkiezingsrace ontvangt een gemiddelde Democraat uit een dynastie 59 procent van de stemmen, een dynastieke Republikein 58 procent. Alle overige kandidaten krijgen gemiddeld 48 procent van de stemmen.[7]

Vanuit de Republikeinse en Democratische Partij is er relatief weinig kritiek op de invloed van dynastieën omdat het fenomeen bij beide partijen voorkomt. Denk bijvoorbeeld aan de invloedrijke positie van de familie Bush aan Republikeinse zijde, terwijl bij de Democraten ‘Clinton’ en ‘Kennedy’ de grote namen zijn.

Kiezen voor bekende naam
Inmiddels is het politieke systeem in Washington onderhevig aan stevige kritiek van de media en kiezer. De Amerikaanse democratie zou langzamerhand veranderen van een meritocratie in een aristocratie. Enquetes wijzen uit dat een aanzienlijk deel van de Amerikaanse bevolking de sterke positie van families in het politieke landschap afwijst.

In de praktijk blijkt echter dat dynastieke kandidaten tijdens verkiezingen gemiddeld juist meer stemmen ontvangen. Afkomstig zijn uit een bekende familie wekt een bepaald soort vertrouwen. De kiezer gaat vaak voor een bekende naam: de zogeheten brand name advantage. Deze term is afkomstig uit een analyse van familiebanden in het Amerikaanse Congres door professor Brian D. Feinstein. Feinstein onderzocht tussen 1994 en 2006 de electorale achtergrond van politieke families in het Congres.

De kern van zijn onderzoek wordt gevormd door de vraag of leden van politieke dynastieën een significant voordeel hebben tegenover kandidaten die niet uit bekende families afkomstig zijn. Het antwoord is ‘ja’. De gedachte is dat wanneer een vader een goed politicus is, zijn zoon of dochter ook wel ‘verstand van zaken’ zal hebben. Zodoende valt de keuze van de kiezer, die in enquêtes zegt genoeg te hebben van politieke families, bij de stembus toch weer op een Bush of Clinton.[8]

 

[[{"type":"media","view_mode":"media_large","fid":"3062","attributes":{"alt":"","class":"media-image","height":"365","width":"480"}}]]
Foto: Flickr / A-Birdie

Kort politiek geheugen
De kiezer heeft bovendien last van een kort politiek geheugen. Zo neemt de populariteit van George W. Bush sinds hij in januari 2009 vertrok uit het Witte Huis de laatste tijd weer toe. Aan het eind van zijn presidentschap bereikte de populariteit van Bush mede door de oorlogen in Irak en Afghanistan een dieptepunt. In 2008 was slechts 32 procent van de bevolking het nog eens met de politiek van de president. Bijzonder genoeg blijkt uit een enquête van onderzoeksbureau Gallup dat Bush in 2014 weer in een goed daglicht staat bij 84 procent van de Republikeinen, 46 procent van de onafhankelijken en 24 procent van de Democraten. Dat is een verschil van meer dan 10 procent sinds 2009.

Zelfs de Democraten zijn Bush meer gaan waarderen: sinds november 2010 is zijn populariteit met meer dan tien procent gestegen. In populariteit wordt Bush echter overtroffen door zijn vader. Samen met Clinton behoort George H.W Bush tot de meest geliefde oud-presidenten, omdat hij de nostalgische kiezer doet terugdenken aan de tijd voor 11 september 2001, de oorlogen in Irak en Afghanistan en de economische crisis. Mocht Jeb Bush meedoen aan de presidentsverkiezingen, dan is het verstandig als hij meer leunt op zijn populaire vader dan op zijn broer.

Traditie
Politieke dynastieën zullen voorlopig niet verdwijnen uit Washington omdat ze deel uitmaken van de Amerikaanse politieke cultuur. Amerikanen zijn dol op familietradities. Onderzoek naar aanmeldingen (admissions) bij Ivy League universiteiten heeft bijvoorbeeld uitgewezen dat kandidaten sneller worden toegelaten als familieleden er ook hebben gestudeerd. De Bush-dynastie studeert al decennia aan Yale, en veel Kennedy’s zijn alumni van Harvard. De waarde van familie heeft ook zijn weerslag op de politiek. Een politicus die een gelukkige familie achter zich heeft staan wordt sneller leiderschapskwaliteiten toebedacht. In de Amerikaanse politiek draait dan ook alles om traditie en imago.

 

De gedachte is dat wanneer een vader een goed politicus was, zijn zoon of dochter ook ‘verstand van zaken’ zal hebben

 


Toch correspondeert het plaatje van een perfecte familie niet altijd met de werkelijkheid. De praktijk heeft uitgewezen dat meerdere generaties niet altijd succesvol zijn. Dit is het zogeheten Carnegie effect: politiek talent en ambitie wordt niet altijd overgedragen op de volgende generatie. Daardoor verdwijnen sommige politieke families uiteindelijk weer van het toneel.

The political talent and policy depth so evident in the first generation isn’t always present in the second generation, in part because it’s not as necessary to fuel the rise to power” aldus Jeffrey Smith, voormalig Senator van Missouri.[9]

 

[[{"type":"media","view_mode":"media_large","fid":"3063","attributes":{"alt":"","class":"media-image","height":"305","width":"480"}}]]
Foto: Flickr / Karen Murphy

To whom much is given, much will be expected” is een uitspraak van John F. Kennedy’s moeder Rose. [10] Als Clinton en Bush meedoen aan de verkiezingen zullen ze door de pers worden vergeleken met hun voorgangers. Hillary met het presidentschap van haar man, Jeb met zijn broer en vader. Het is de kunst om een eigen weg te blijven volgen. Maar een dynastieke politicus die de machtigste positie ter wereld ambieert, zal nooit kunnen ontsnappen aan zijn of haar familie.

 

Denise Parengkuan studeerde Geschiedenis aan de Rijksuniversiteit Groningen en heeft de master Internationale Betrekkingen in Historisch Perspectief aan de Universiteit Utrecht voltooid.



[1] James Brown Scott. The United States of America: A study in International Organization (New York: Oxford University Press, 1920), 507.

[2] S. Hess. Political Dynasties (New York: Doubleday, 1966), 1.

[3] Zie voor meer informatie over politieke dynastieën in de Verenigde Staten: A. Blake en S. Sullivan. "The biggest political dynasty in all 50 states", The Washington Post, 5 oktober 2012. www.washingtonpost.com/blogs/the-fix/wp/2012/10/05/the-biggest-political-dynasty-in-all-50-states/ (geraadpleegd 28 april 2015).

[4] E. Dal Bo, P. Dal Bo, J. Snyder.  “Political Dynasties” in: The Review of Economic Studies Vol. 76, No. 1 (2009), 1-3.

[5] B. Bardes, M. Shelley e.a. American Government and Politics Today: The Essentials 2009 - 2010 (Londen: Wadsworth Cengage Learning, 2009), 13.  

[6] W. Zwart. “Minder restricties campagnegeld VS”, NOS, 2 april 2014. http://nos.nl/artikel/631192-minder-restrictiescampagnegift-vs.html (geraadpleegd 26 december 2014).

[7] B.D Feinstein. “The Dynasty Advantage: Family Ties in Congressional Elections”, in: Legislative Studies Quarterly, Vol. 35, Nr. 4 (November 2010), 572-576.

[8] Feinstein, B.D. “The Dynasty Advantage: Family Ties in Congressional Elections”, in: Legislative Studies Quarterly, Vol. 35, Nr. 4 (November 2010), 572-576.

[9] N. Emery. Great Expectations: The Troubled Lives of Political Families (Wiley, 2007), 16

[10] T. Maier. The Kennedys: America's Emerald Kings: A five-generation history of the ultimate Irish-Catholic Family (New York: Basic Books), 83.