Geopolitiek: een Nederlands idee? Het verhaal van Spijkman
Analyse Geopolitiek & Wereldorde

Geopolitiek: een Nederlands idee? Het verhaal van Spijkman

07 Mar 2024 - 15:57
Photo: Minister van Buitenlandse Zaken Henry Kissinger, symbool van Realpolitik, met President Richard Nixon in de Oval Office van het Witte Huis, 1973. © Wikimedia Commons
Terug naar archief
Author(s):

Nederland kent een sterk idealistische traditie. Het politieke realisme – dat pleit voor een hardere, competitievere aanpak van geopolitiek – heeft hier geen vaste voet aan de grond. Toch was het juist een Nederlandse wetenschapper die aan de basis stond van realisme en geopolitiek: Nicolaas Johannes Spijkman.

In het politieke debat in Nederland is over het algemeen weinig plaats voor geopolitiek en realisme. Ze worden breed gezien als een vorm van cynische machtspolitiek, amoreel en egoïstisch. Ze staan op gespannen voet met onze idealistische traditie, die streeft naar een buitenlands beleid gebaseerd op moreel engagement (zoals vrijheid, gelijkheid en rechtvaardigheid) en internationaal recht. Geopolitiek en Realpolitik zijn van een andere tijd, een andere wereld. We dachten die wereld achter ons te hebben gelaten, maar ze lijkt nu toch weer gevaarlijk dichtbij te komen.

Nicolaas J. Spijkman. © Salah Rashad Zaqzoq via Wikimedia Commons
Nicolaas Spijkman. © Salah Rashad Zaqzoq via Wikimedia Commons

Toch was het juist een Nederlandse wetenschapper die aan de basis stond van het realistische en geopolitieke denken. Mede dankzij hem braken de Verenigde Staten in het midden van de twintigste eeuw uit hun isolationisme. Hij was de inspiratie voor zowel de Amerikaanse containment-politiek – het streven om tijdens de Koude Oorlog de invloed van het Sovjetcommunisme zoveel mogelijk in te dammen – als de Amerikaanse benadering van de Europese eenwording, waarbij samenwerking werd bevorderd maar wel onder de hegemonie van de VS. Bovendien richtte hij in 1935 het Yale Institute of International Studies op. Dit instituut stond aan de basis van de wetenschappelijke studie van de internationale betrekkingen in de Verenigde Staten.  

Dit is het bijzondere verhaal van Nicolaas Johannes Spijkman, geboren in Amsterdam op 13 oktober 1893 en overleden in het Amerikaanse New Haven op 26 juni 1943. Vrijwel vergeten door veel vakgenoten en zo goed als onbekend bij het grote publiek, maar één van de meest invloedrijke politieke wetenschappers die Nederland heeft gekend.

Koloniale hand- en spandiensten

Nicolaas Spijkman groeide op in een redelijk welvarend gezin. Zijn vader, Klaas Spijkman, was ondernemer, journalist en wereldreiziger, en bracht het tot chargé d’affaire en consul-generaal van Nederland op Hawaï. Na een korte studietijd in Delft vertrok Nicolaas in 1913 met het ouderlijk gezin uit Nederland naar het Midden-Oosten.

De familie Spijkman streek neer in Caïro, waar Nicolaas – die aanvankelijk zijn studie in de chemie voortzette – een sterke belangstelling ontwikkelde voor de internationale politiek. In januari 1915 publiceerde hij daarover in De Nieuwe Gids zijn eerste serieuze artikel ‘De collectieve psychologie in den modernen oorlog’. Nicolaas had klaarblijkelijk de reislust en ondernemingszin van zijn vader geërfd, want na terugkeer uit Egypte en een kort verblijf in Nederland vertrok hij in 1916 opnieuw naar het oosten, ditmaal naar Nederlands-Indië. In Batavia zette hij voort wat hij in Caïro was begonnen: een nogal schimmige combinatie van journalistieke bezigheden en diplomatieke hand- en spandiensten.  

Hij nam onverbloemd stelling in een kwestie die Amerika al twee jaar diep verdeelde: interveniëren of isoleren?

In Europa woedde de Grote Oorlog (1914-18) en de Nederlandse regering was er veel aan gelegen om de neutraliteitsstatus overeind te houden. Iedere schijn van partijdigheid moest worden vermeden, ook in de koloniën. In samenwerking met het zogeheten ‘Algemeen Nederlandsch Verbond voor de bestrijding van Onjuiste Beoordelingen en Berichten in de Buitenlandsche Pers’ (desinformatie is van alle tijden) probeerden de autoriteiten de journalistiek in Nederlands-Indië in de gewenste richting te beïnvloeden.1 Spijkman speelde hierin een centrale maar niet erg succesvolle rol. Vanuit Batavia rapporteerde hij aan het ministerie van Koloniën in Den Haag over de oorlogssentimenten in Nederlands-Indië, waarop hij naar eigen zeggen maar weinig invloed kon uitoefenen.

Klaarblijkelijk hield Spijkman ook tijd over voor serieus werk. In 1918 publiceerde hij in Batavia een uitgebreide bespiegeling op de mogelijkheid van politieke autonomie voor Nederlands-Indië, getiteld Hindia Zelfbestuur. Het is niet bekend hoe zijn broodheren in Den Haag hierop reageerden. Het Nationaal Archief in Den Haag bevat in ieder geval geen rapportages meer van Spijkman na september 1918.

Voormalig Nederlands ministerie van Koloniën in Den Haag. © Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed via Wikimedia Commons
Voormalig Nederlands ministerie van Koloniën in Den Haag. © Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed via Wikimedia Commons

In de zomer van 1920 stak Spijkman de Stille Oceaan over, op weg naar de Verenigde Staten. Hij meldde zich bij de University of California. Spijkman was een “aantrekkelijke persoonlijkheid”, zo schreef zijn promotor Frederick Teggart later, “bedreven in sociale contacten, gewend aan vreemdelingen, en van meer dan gemiddelde intelligentie”.2 Spijkman studeerde in een vlot tempo. In 1923 verdedigde hij zijn proefschrift over de sociale leer van de Duitse socioloog en filosoof Georg Simmel.

Twee jaar later vertrok Spijkman naar de Amerikaanse oostkust, naar Yale University, waar hij in 1928 tot hoogleraar werd benoemd en in 1935 het Institute of International Studies opricht – het eerste in zijn soort in de VS. Het instituut zou zich vooral gaan richten op vraagstukken van oorlog en vrede; kwesties die, volgens Spijkman, tot dan toe voornamelijk aan “amateurs” waren overgelaten.3

Interveniëren of isoleren

Boek

Spijkman – die eind jaren 1920 Amerikaans staatsburger was geworden en zijn naam had verengelst naar Nicholas John Spykman – heeft in zijn relatief korte leven maar één boek over internationale politiek kunnen schrijven: America’s Strategy in World Politics.4 De reacties op het in 1942 uitgekomen boek waren niet onverdeeld enthousiast. “Immoreel”, “fascistisch”, “nihilistisch” en “defaitistisch” waren enkele van de typeringen waarmee het werd ontvangen in de VS.5

Spykman kan niet heel erg verrast zijn geweest door de reacties. Hij nam immers onverbloemd stelling in een kwestie die Amerika al twee jaar diep verdeelde: interveniëren of isoleren? En hoewel zijn boek kort na de Amerikaanse oorlogsverklaring aan Japan en Duitsland verscheen, was het toch een uiterst onaangename wake-up call voor een natie die zich tot dan toe tevreden had gewenteld in een comfortabel isolationisme. Spykmans directe, zelfverzekerde stijl (typisch Nederlands wellicht, maar vooral typisch ‘realistisch’) wekt niet de indruk dat hij de gevoeligheden van zijn Amerikaanse lezers heeft willen ontzien. 

Het geopolitieke denken is altijd besmet gebleven door zijn bruine verleden – ten onrechte

Minder dan een jaar nadat de VS zich in de Tweede Wereldoorlog had gemengd, zette Spykman al een grote stap verder. Terwijl de meeste van zijn nieuwe landgenoten nog moesten wennen aan het idee dat de VS opnieuw in oorlog was, bepleitte Spykman een actieve Amerikaanse betrokkenheid bij de naoorlogse internationale orde. Wellicht dankzij de controverse die het boek opriep, liep de verkoop als een trein. Er gingen binnen een jaar meer dan tienduizend exemplaren over de toonbank. Het boek is nog steeds in druk.

Amerikaanse geopolitiek

America’s Strategy in World Politics is een hartstochtelijk pleidooi voor een krachtig en zelfbewust Amerikaans buitenlandbeleid. Spykman trok zich niets aan van het taboe dat op geopolitiek rustte. Wat bekend werd als een inventieve poging van de Engelse Sir Halford Mackinder (1861-1947) om geografie en macht in de wereldpolitiek aan elkaar te koppelen – “Who rules east Europe commands the heartland [ruwweg het huidige Rusland]; who rules the Heartland commands the World Island [Europa en Azië]; who rules the World Island commands the world”6 – was toen al enige tijd gekaapt door nationaalsocialistische geleerden7 die Hitlers streven naar Lebensraum inspireerden.

Wereldkaart met de concepten van Heartland en Rimland toegepast. © Македонец / MANU via Wikimedia Commons
Wereldkaart met de concepten van Heartland en Rimland toegepast. © Македонец / MANU via Wikimedia Commons

Het geopolitieke denken is altijd besmet gebleven door zijn bruine verleden. Ten onrechte. Geopolitiek zegt eigenlijk niet veel meer dan dat geografische factoren (ligging, grenzen, omvang, klimaat) een belangrijke invloed hebben op de machtspositie van landen. “Het is de geografische locatie van een land en zijn relatie tot de centra van militaire macht, die zijn veiligheidsproblematiek bepalen”, schrijft Spykman. “Geografie is geen argument; ze is gewoon zo.”8

Spykmans essentialistische kijk op geopolitiek is uit de mode geraakt. Ze wordt als te statisch, te deterministisch gezien. Geopolitiek wordt tegenwoordig veel meer begrepen als een vorm van politieke cultuur: de invloed van geografische omstandigheden op de identiteit, de belangen en de veiligheid van landen. In die zin heeft het echter nauwelijks aan betekenis ingeboet. Geen land ter wereld is zo geopolitiek bewust als Rusland, waar een eeuwenlange traditie van territoriale expansie, open grenzen en invasies tot een permanent omsingelingscomplex heeft geleid. En geen land ter wereld, meende Spykman, was zo weinig geopolitiek bewust als de VS.

Spykman was een politieke realist avant la lettre. (...) Politiek draait om macht en heeft haar eigen moraliteit

Amerika heeft zich in slaap laten sussen door zijn uitzonderlijk gunstige geopolitieke omgeving, schrijft Spykman in America’s Strategy in World Politics. Met een omvangrijke en goed opgeleide bevolking, een overvloed aan natuurlijke rijkdommen en zwakke buurstaten aan de noord- en zuidgrens en wereldzeeën aan de west- en oostgrens meent het zich te kunnen onttrekken aan de wereldpolitiek. De expansie van Duitsland en Japan heeft de mondiale machtsbalans echter zodanig verstoord, stelt Spykman in zijn boek, dat het op termijn een groot gevaar voor de Verenigde Staten vormt. Amerika is een grootmacht en moet zijn internationale verantwoordelijkheid nemen, en niet vanuit morele overtuiging, maar omwille van het eigen, nationale belang. 

Spykman varieerde op de ‘Heartland’-theorie van Mackinder. Het gaat er niet zozeer om het ‘Heartland’ te domineren, meende Spykman, maar om het ‘Rimland’ te beheersen – het enorme grensgebied van het Euraziatische continent dat zich uitstrekt van West-Europa, via het Midden-Oosten en India, naar het Verre Oosten. Het was een profetische analyse van Spykman. Dit is de regio waar de Verenigde Staten later, tijdens de Koude Oorlog, hun containment-strategie voerden, en die nog steeds inzet is van competitie tussen grote mogendheden.9

Amerikaanse hegemonie

Spykman was een politieke realist avant la lettre. Realisten menen dat het politieke denken zich moet richten op wat politiek is, niet op wat het zou moeten zijn. Politiek draait om macht en heeft haar eigen moraliteit.

Spykman dacht vooruit. In 1919 had Amerika de oorlog gewonnen maar de vrede verloren, meende hij, en dat moest het niet nogmaals laten gebeuren.10 Het einde van de Tweede Wereldoorlog zou niet het einde van de mondiale machtsstrijd zijn. Een overheersend Rusland in een naoorlogs Europa was evenmin in Amerika’s belang als het dominante Duitsland tijdens de oorlog, waarschuwde hij. En dat gold ook voor Azië. China was de macht van de toekomst, meende Spykman, niet Japan.

Spykman geloofde in machtsevenwicht binnen Europa, niet in machtsvorming door Europa

De meeste Amerikaanse soldaten moesten nog overzees worden verscheept, maar Spykman riep in America’s Strategy in World Politics al op om na te denken over de wereldpolitiek na de oorlog. Het was niet in het belang van de Verenigde Staten als Europa of Azië door een enkele mogendheid werd gedomineerd – vriend of vijand. “De huidige oorlogsinspanningen zijn ongetwijfeld gericht op de vernietiging van Hitler en de Nationaalsocialistische partij”, schrijft Spykman, “maar dit betekent niet per se dat we uit zijn op de vernietiging van Duitsland als militaire macht.”11 De tegenstanders van vandaag zijn de bondgenoten van morgen. Nauwe relaties met Duitsland en Japan waren een voorwaarde voor Amerika’s hegemonie over het mondiale “grensgebied”, Spykmans Rimland, en de enige mogelijkheid om de grootmachten van de toekomst, Rusland en China, in toom te houden.

Spykman geloofde in machtsevenwicht binnen Europa, niet in machtsvorming door Europa. Hij had ernstige bedenkingen bij een mogelijk verenigd Europa. Een federaal Europa, meende hij, was niet in het belang van de Verenigde Staten. Ze zou de positie van Amerika als Atlantische macht en dominante mogendheid in de westelijke hemisfeer ondermijnen. Tot op de dag van vandaag is dit inzicht het uitgangspunt gebleven van de Amerikaanse politiek ten aanzien van Europese integratie: Europese samenwerking ja, maar tot op zekere hoogte.

Joseph Stalin, Franklin D. Roosevelt en Winston Churchill op de veranda van de Sovjet-Legatie in Teheran, tijdens de eerste Conferentie van de Grote Drie, november 1943. © IMAGO/piemags via Reuters
Joseph Stalin, Franklin D. Roosevelt en Winston Churchill op de veranda van de Sovjet-Legatie in Teheran, tijdens de eerste Conferentie van de Grote Drie, november 1943. © IMAGO/piemags via Reuters

Een realistische internationale strategie

Het waren Europese intellectuelen die het politieke realisme naar Amerika brachten. De meeste vluchtten in de jaren dertig voor het nationaalsocialisme, waaronder Heinz (later Henry) Kissinger en een van de grondleggers van de studie van de internationale betrekkingen in de VS, Hans Morgenthau. Net als Spykman verbaasden zij zich over de politieke naïviteit van de Amerikanen en over hun vasthoudende gebrek aan belangstelling voor de internationale politiek. En net als Spykman probeerden ze hun nieuwe landgenoten te overtuigen van de noodzaak een realistische internationale strategie te ontwikkelen, voor tijden van oorlog én van vrede.

Daar zijn ze uiteindelijk in geslaagd, met Nicholas Spykman voorop. De wetenschappelijke inzichten en de politieke ideeën die Spykman uiteenzette in America’s Strategy in World Politics zouden binnen enkele jaren breed worden gedeeld. Spykman en zijn collega’s aan Yale stonden hiermee aan de basis van zowel de vlucht die de (realistische) studie van de internationale betrekkingen in Amerika zou nemen, als de mondiale strategie die de VS tijdens de Koude Oorlog zou kiezen.

Spykman heeft zijn gelijk niet bevestigd gezien. In juni 1940 moest hij om gezondheidsredenen aftreden als directeur van het Institute of International Studies. Drie jaar later, in juni 1943, overleed hij in het universitair ziekenhuis van New Haven, waarschijnlijk aan complicaties van een nierziekte. Spykman werd 49 jaar oud.

  • 1Kees van Dijk, The Netherlands Indies and the Great War 1914-1918, Leiden: KITLV Press, 2007, blz. 228-229.
  • 2Frederick J. Teggart, ‘In Memoriam. Nicholaas John Spykman, 1893-1943’, American Journal of Sociology, 49, 1, juli 1943, blz. 60.
  • 3‘The influence of the Yale Institute of International Studies’ (1948), Yale University Archives, Institute of International Studies Records, 1935-1955, 37-U, I, Box 7, Folder 38.
  • 4Nicholas J. Spykman, America’s Strategy in World Politics: The United States and the Balance of Power. (With a new Introduction by Francis P. Sempa), New Brunswick and London: Transaction Publishers, 2007 (1942).
  • 5De typeringen zijn verzameld door Spykmans biograaf Olivier Zajec, Nicholas John Spykman, L’invention de la Géopolitique Américaine, Paris: Presses de l’université Paris-Sorbonne, 2016, blz. 317.
  • 6Halford J. Mackinder, Democratic Ideals and Reality: A Study in Politics of Reconstruction, Washington, DC: National Defense University, 1942 (1919), blz. 106.
  • 7Karl Haushofer (1869-1946) is het meest prominente voorbeeld. Hij was een bewonderaar van Mackinder en een bron van inspiratie voor Hitlers expansiedrift in het oosten. Zijn zoon Albrecht was betrokken bij de aanslag op Hitler in juli 1944. Albrecht werd gearresteerd en geëxecuteerd. Karl Haushofer belandde in Dachau. Kort na de oorlog pleegde hij zelfmoord.
  • 8Spykman, America’s Strategy in World Politics, blz. 447.
  • 9Zie de recente studie van Robert D. Kaplan, The Loom of Time: Between Empire and Anarchy, From the Mediterranean to China, New York: Random House, 2023.
  • 10Spykman, America’s Strategy in World Politics, blz. 457.
  • 11Spykman, America’s Strategy in World Politics, blz. 460.

Auteurs

André Gerrits
Hoogleraar International Studies and Global Politics aan de Universiteit Leiden