NL kiest: Welk beleid mag de EU van Nederland overnemen?
Serie Diplomatie & Buitenlandse Zaken

NL kiest: Welk beleid mag de EU van Nederland overnemen?

09 Feb 2021 - 16:44
Photo: © Flickr / European Parliament
Terug naar archief

In de verkiezingsserie ‘NL kiest: het beste buitenlandbeleid in 5 vragen’ beantwoorden tien prominente partijleden iedere week een wereldpolitieke vraag. In deze tweede aflevering: in hoeverre moet de Europese Unie het (buitenland)beleid van Nederland overnemen?

Infographic met citaten uit de antwoorden van de tien partijleden. © Steven Siccama 

 

VVD: André Bosman

Economische macht EU vaker inzetten als geopolitiek machtsmiddel

De Europese Unie (EU) behoort tot de grootste economieën van de wereld. Als machtsblok is de EU in staat om goede handelsverdragen te sluiten of oneerlijke concurrentie van China aan te pakken. Dat is juist voor een open exporteconomie als die van Nederland van belang.

De economische macht van de EU moet ook vaker als geopolitiek machtsmiddel worden ingezet, bijvoorbeeld om met derde landen tot migratieafspraken te komen. De VVD is er ook voor om sancties extraterritoriale werking te kunnen geven en af te stappen van het vetorecht bij sancties, zodat het niet langer mogelijk is voor één of twee landen om – wellicht onder druk van China of Rusland – alles tegen te houden.

Wel is het belangrijk dat de Nederlandse regering en het parlement zelf zeggenschap blijven houden over het uitzenden van militairen. Er kan geen sprake zijn van een ‘Europees leger’ onder bevel van de EU.

PVV: Raymond de Roon

Buitenlandbeleid EU is ontaard in een regelrechte ramp

Het antwoord op deze vraag is heel simpel: de EU zou op geen enkel onderdeel ons (buitenland)beleid moeten bepalen. Het behartigen van de Nederlandse belangen moet voorop staan. Dat doet Nederland het beste met een eigen – onafhankelijk van de EU – (buitenland)beleid.

Nu maakt Nederland zich binnen de EU ondergeschikt aan de wensen van Frankrijk en Duitsland en de geldhonger van de zuidelijk lidstaten. Ook zien we ten aanzien van thema’s als migratie dat het Nederlandse belang op geen enkele wijze wordt gediend door Brussel.

Concreet kan over het buitenlandbeleid van de EU gezegd worden dat het de laatste jaren is ontaard in een regelrechte ramp. Wat heeft de EU gedaan met het agressieve (militaire) optreden van Turkije? En met de Iraanse provocaties, raketbeschietingen en grove mensenrechtenschendingen?

Het antwoord is ontluisterend: de EU heeft dit grotendeels door de vingers gezien. Hard en efficiënt optreden is er niet bij. Het Europese buitenlandbeleid is het beleid van een zachte, machteloze heelmeester die stinkende wonden achterlaat. De PVV bedankt daarvoor.

EU als tikkende tijdbom (Dublin Art). © Flickr / William Murphy
Kunstwerk in Dublin. © Flickr / William Murphy

CDA: Martijn van Helvert

We willen een Europese Veiligheidsraad

Het Nederlandse belang ligt in een sterk Europees blok dat in de wereld een rol van betekenis kan spelen en dingen gedaan krijgt. Dat betekent echter niet dat EU-lidstaten in de toekomst geen eigen buitenlands beleid meer mogen voeren.

Het CDA pleit daarom voor het handhaven van het vetorecht op Europees buitenlands beleid, behalve bij het veroordelen van mensenrechtenschendingen en het opstellen van de zogeheten sanctielijsten. Zo voorkomen we dat één lidstaat kritiek op en sancties tegen landen als China en Rusland kan tegenhouden.

Om de Europese militaire samenwerking te vergroten en een krachtiger Europees optreden op het wereldtoneel mogelijk te maken wil het CDA een Europese Veiligheidsraad in het leven roepen, waarin bij voorkeur ook de Britten zijn vertegenwoordigd.

D66: Salima Belhaj & Sjoerd Sjoerdsma

De EU moet slagvaardiger zijn

Het is te makkelijk om te stellen dat de EU zelf meer macht naar zich toetrekt. Dit gebeurt altijd na goedkeuring van de lidstaten en in dienst van de lidstaten. Bovendien speelt ook het Europees Parlement (EP) een rol. De EU kan geen grote besluiten nemen zonder dat de lidstaten en het EP die goedkeuren.

Wel zien we een steeds duidelijkere consensus ontstaan over welke onderwerpen op Europees niveau behandeld moeten worden. Grensoverschrijdende thema’s zijn nu eenmaal beter op Europees niveau aan te pakken. Daarbij valt te denken aan klimaat, migratie en buitenlandbeleid bijvoorbeeld.

De EU moet dan echter wel slagvaardiger zijn. In de huidige ‘setup’ liggen vaak enkele lidstaten dwars, wat de slagkracht van het gezamenlijke beleid aanzienlijk inperkt. Dat zien we zeker bij buitenlandbeleid. Het vetorecht afschaffen op die terreinen – zowel de formele dan wel de nog steeds bestaande informele veto’s – is daarbij een belangrijke stap.

Premier Mark Rutte in het Europees Parlement in 2018. © European Union
Premier Mark Rutte in het Europees Parlement in 2018. © European Union

GroenLinks: Bram van Ojik

Schaf de veto’s in buitenlandbeleid EU af

Het buitenlandbeleid van de EU is te weinig daadkrachtig. Als het gaat om het instellen van sancties, een krachtig statement of veroordeling, dan heeft één lidstaat de macht om dit te vetoën of af te zwakken. Zie bijvoorbeeld de onmacht van de EU om snel sancties tegen Wit-Rusland in te stellen, waarbij Cyprus er wekenlang voor heeft gezorgd dat dit werd tegen gehouden.

GroenLinks denkt dat het daarom verstandig is om ten minste de veto’s in het buitenlandbeleid van de EU af te schaffen, zodat er niet eindeloos wordt gedraald. De afschaffing van het vetorecht bij het instellen van sancties voor mensenrechtenschenders verdient daarbij de prioriteit.

Tegelijkertijd is het toekennen van meer macht en bevoegdheden aan de EU niet zaligmakend voor het Nederlandse buitenlandbeleid. Soms toont Nederland meer ambitie dan de EU, bijvoorbeeld inzake de strijd tegen straffeloosheid in Syrië. Het is goed als lidstaten daarin voorop kunnen blijven lopen.

SP: Sadet Karabulut

Loskomen van het Amerikaanse buitenlandbeleid is een must

Overname van het buitenlandbeleid door de EU is gevaarlijk, in het bijzonder omdat de EU een enorm democratisch tekort kent. Zolang de bevolkingen van Europa onvoldoende ruimte krijgen in een Europese democratie, zal het overnemen van nationaal buitenlandbeleid door de EU de crisis van de Unie verdiepen, omdat het niet gedragen wordt van onderop.

Hier staat tegenover dat Nederland nauwelijks een eigen buitenlandbeleid heeft. Tot op heden is dit beleid te veel gericht op de Verenigde Staten (VS), en daarmee op de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie (NAVO). Al te gemakkelijk wordt Amerikaans buitenlandbeleid gevolgd, vooral in het militaire domein – ook als dit ronduit contraproductief is, zoals de vele oorlogen in het Midden-Oosten.

Loskomen van het Amerikaanse buitenlandbeleid is dus een must. Dit kan gepaard gaan met nauwere samenwerking in Europa, mits aan een aantal voorwaarden wordt voldaan, in het bijzonder dat afgestapt wordt van interventiepolitiek. 

Europees Parlement. © Flickr / European Parliament 2016
Het Europees Parlement in 2016. © Flickr / European Parliament.

PvdA: Kati Piri

Sterke EU is in het belang van Nederland

Als het om bescherming gaat, kijken mensen vaak in de eerste plaats naar hun eigen land. Een reflex die te begrijpen is, maar niet een afdoende antwoord vormt. Want het bestrijden van pandemieën als corona of het bestrijden van de klimaatcrisis is onmogelijk zonder goede internationale samenwerking.

Hetzelfde geldt voor het in goede banen leiden van globalisering, optreden tegen nieuwe dreigingen als desinformatie, de bescherming van vrijheden en het vormgeven van eerlijke handel. Op die terreinen waar een grensoverschrijdende aanpak nodig is, willen we ons hard maken voor een sterke en effectieve EU. Dit is het belang van Nederland.

ChristenUnie: Don Ceder

Europa moet met meer snelheid en daadkracht reageren

De ChristenUnie is voorstander van meer Europese samenwerking, allereerst wanneer het gaat om grensoverschrijdende problemen zoals milieu, klimaat en migratie. Die samenwerking moet vastgelegd worden in een verdragswijziging met daarin een heldere competentieverdeling.

De ChristenUnie is daarnaast voorstander van het invoeren van besluitvorming met gekwalificeerde meerderheid betreffende het Europese buitenlandbeleid als het gaat om mensenrechten, sancties en civiele missies. Dan kan Europa met meer snelheid en daadkracht reageren op gebeurtenissen in de wereld. Ook kan één land dan niet langer Europese sancties blokkeren, zoals recent gebeurde bij de besluitvorming over sancties tegen Wit-Rusland.

Op het gebied van klimaat en migratie willen we betere Europese samenwerking. Over militaire missies moeten lidstaten altijd zelf blijven besluiten.

3d Lightinstallation. © Flickr / European Parliament 2011
3D-lichtinstallatie in het Parlamentarium in Brussel, 2011. © Flickr / European Parliament.

SGP: Kees van der Staaij

EU is er voor de lidstaten, niet andersom

De EU is er voor de lidstaten, niet andersom. De lidstaten staan centraal. Dit fundamentele uitgangspunt is vastgelegd in de Europese Verdragen met onder meer het subsidiariteitsbeginsel en het proportionaliteitsbeginsel.

De traditionele bevoegdheidsverdeling tussen de EU en de lidstaten, zoals vastgelegd in artikel 3 tot en met 5 van het Europese Werkingsverdrag (VWEU), wordt steeds verder ondergraven. Inzake het buitenland- en veiligheidsbeleid heeft de EU volgens artikel 5 van het VWEU ‘slechts’ een ondersteunende bevoegdheid. Dit betekent dat de lidstaten leidend zijn. Dat moet zo blijven.

Weliswaar zijn coördinerende mechanismes nodig om in tijden van crisis zo snel mogelijk eensgezind te kunnen spreken en optreden, maar dat vereist geen inperking of einde van bijvoorbeeld het vetorecht. Integendeel, juist besluitvorming bij consensus vergroot de noodzaak tot eensgezindheid, het draagvlak voor besluiten en daarmee de effectiviteit daarvan op de lange termijn. Kortom: coördinatie is nodig, maar stemverlies is onnodig en onwenselijk.

Forum voor Democratie: Thierry Baudet

Wij willen dat Nederland weer soeverein wordt

Wij willen dat Nederland weer soeverein wordt. Dat we zélf kunnen bepalen welke regels hier gelden en welke afspraken we maken met de landen om ons heen. Goede relaties met onze buren zijn belangrijk, maar we gaan onze democratie niet nog verder uitleveren aan Brusselse bureaucraten of supranationale gerechtshoven en instellingen.

De euro is uitgemond in een dramatische transferunie. De open binnengrenzen hebben een aanzuigende werking voor nóg meer kansarme immigranten uit Afrika en het Midden-Oosten. En de Green Deal van Frans Timmermans ontneemt ons de mogelijkheid democratische besluiten te nemen over energievoorziening en milieu.

Wij gaan voor een Europa waarin onafhankelijke, vrije natiestaten in goed overleg met elkaar samenwerken en handeldrijven waar dat wenselijk en mogelijk is, maar die elkaars verschillen respecteren en in vrijheid en democratie onafhankelijk blijven.

Volgende aflevering: Sinds 2014 beloven alle NAVO-lidstaten hun defensie-inspanningen te vergroten (minstens 2 procent van het BBP). Nederland besteedt nu 1,4 procent (van het nationaal inkomen) aan defensie – is dat genoeg, of moet het roer om?

NL Kiest

Meer horen? Meer weten? Volg dan op 11 maart online het Grote Clingendael Buitenlanddebat.

 

Bekijk de trailer: