Internationale Spectator 10 – 2015 (jrg. 69) – Item 11 van 12

Boekbespreking

Boeken over IS

Het laatste woord nog niet gezegd


Ruud Hoff

Het afgelopen jaar is ook in het Nederlandse taalgebied een reeks boeken verschenen over opkomst, groei, gruweldaden en denkbeelden van IS, de motieven van de jihadisten en het functioneren van het kalifaat. Hoewel de boeken vaak een open eind hebben, voorziet de literatuur over IS(IS) in een grote behoefte aan informatie en geven de boeken met soms aanvechtbare stellingen voedsel aan het debat.

Het felle anti-westerse karakter van ISIS en de wreedheden waarvan de organisatie zich openlijk bedient, riepen niet alleen gevoelens van hevige afschuw op, maar ook onbegrip en zelfs een zekere fascinatie. De zich al jaren voortslepende burgeroorlogen in Irak en Syrië kregen tot de spectaculaire opkomst van ISIS nog maar beperkte aandacht in de westerse media. De Verenigde Staten wilden zich na hun officiële terugtrekking uit Irak zoveel mogelijk afzijdig houden van de turbulente ontwikkelingen in de Arabische wereld en ook Europa ondernam weinig eigen initiateven in de regio.

De schok die het buitensporig geweld van ISIS tegen de burgerbevolking teweeg bracht en de aanzwellende vluchtelingenstromen uit het Midden-Oosten (overigens vooral op de vlucht voor het leger van Assad), dwongen het Westen echter tot meer bemoeienis. De gruwelbeelden van de ISIS-propaganda misten hun intimiderend effect niet. De onthoofdingen van gijzelaars, de openbare uitvoering van lijfstraffen, de invoering van slavernij, de verdrijving van en moord op minderheden en de verwoesting van cultureel erfgoed (door ISIS als heidens beschouwd) kwamen via de media rechtstreeks in onze huiskamers.

ISIS koos daarmee voor totale minachting, zelfs een bewuste uitdaging van de wereldopinie. De door ISIS gepredikte versie van de islam stond lijnrecht tegenover de westerse (of universele) waarden en leek juist in de tijd van globalisering daarvoor een bedreiging te vormen.

Puriteinse levenswijze, maar pragmatisch politiek bedrijven

De gepredikte leer en de opgelegde uiterst puriteinse levenswijze komen voort uit een wel zeer letterlijke en eenzijdige uitleg van de islam. Dat gold ook voor de afkeer van andersdenkenden (vooral sji’ieten die als afvalligen worden bestempeld) en de wreedheid waarmee hun bestrijding ter hand werd genomen. Dit alles deed denken aan een terugkeer naar de oorsprongstijden van de islam (waaraan salafisten zelf in hun propaganda ook dikwijls refereren).

Het gebruik van de modernste technologie en een zekere pragmatische vorm van politiek bedrijven en oorlog voeren leken daar haaks op te staan. ISIS kwam voort uit de Iraakse tak van al-Qaida van de Jordaanse terrorist Abu Musab al-Zarqawi, die streed tegen de Amerikaanse bezetting van Irak sinds 2003. Zarqawi zelf werd in 2006 door de Amerikanen uitgeschakeld en zijn organisatie leek door de Amerikanen en de met hen verbonden soennitische Iraakse stammen goeddeels bedwongen.

De succesvolle opmars van ISIS sinds 2013 is deels te verklaren uit het falen van de Iraakse overheid onder premier al-Maliki

Toen de Verenigde Staten zich echter uit Irak begonnen terug te trekken, voerde de sji’itische premier Nuri al-Maliki in toenemende mate een sektarische politiek en verdreef de soennieten uit hun posities. De soennieten, die decennia lang (onder andere onder de dictatuur van Saddam) de dienst hadden uitgemaakt, zagen zich nu van al hun macht beroofd. Dit dreef hen in de armen van ISIS, onder welke naam (na een aantal naamswijzigingen) Zarqawi’s erfgenaam, Abu Bakr al-Baghdadi, de radicaal soennitische strijd voortzette. Hij bouwde voort op het gedachtengoed van al-Qaida, maar ging vooral zijn eigen weg.

De succesvolle opmars van ISIS sinds 2013 is deels te verklaren uit het falen van de Iraakse overheid onder premier Maliki. Deze joeg door zijn sektarische beleid velen tegen zich in het harnas: Koerden, delen van de sji’itische gemeenschap, maar vooral de soennieten. Het Iraakse leger, beheerst door sji’ieten en geteisterd door corruptie en cliëntelisme, stelde inmiddels niet veel meer voor. Ondertussen hadden onderdelen van Saddams verdreven soennitische leger en veiligheidsdiensten (met al hun ervaring en motivatie) hun toevlucht bij ISIS gezocht. Dit verklaart deels ook het uiterst professionele karakter dat de organisatie vertoonde op het gebied van onder andere techniek, militaire know how, bestuur, inlichtingendiensten en public relations.

ISIS maakt gebruik van machtsvacuüm in Syrië

Het machtsvacuüm dat de Syrische burgeroorlog schiep, verschafte ISIS in 2012 en 2013 de mogelijkheid een territoriale basis vanuit Raqqa te vormen, die zich vervolgens razendsnel over grote delen van Irak en Syrië uitbreidde. Na de verovering van Raqqa in maart 2013 viel Falluja in januari 2014, gevolgd door grote delen van het dal van de Eufraat. Toen Al-Baghdadi in de verrassend snel veroverde miljoenenstad Mosul in juni 2014 het kalifaat uitriep, leek de ‘war on terror’ in een geheel nieuwe fase te zijn beland. ISIS had een flink territorium veroverd, het Iraakse leger was met de staart tussen de benen afgedropen en er was een eigen islamitische staat tot stand gekomen. Het optreden van ISIS had lak aan het internationale statensysteem en de internationale rechtsorde. De etnische zuiveringen in de zomer van 2014 (Yezidi’s) door ISIS en vooral het verstoren van het regionale machtsevenwicht, brachten de Amerikanen met hun bondgenoten tot beperkte luchtaanvallen op ISIS in Irak en later ook Syrië.

Die luchtaanvallen hadden maar beperkt resultaat. Er was dringend behoefte aan een grondoffensief tegen ISIS. Alleen Koerden en sji’itische milities boden nog weerstand van betekenis tegen ISIS, maar ook zij hadden zo hun eigen agenda en werden door de lokale soennitische bevolking vaak nog meer gehaat of gewantrouwd dan de soennitische ISIS.

Een “volmaakte soennitische staat” voor alle moslims ter wereld

Het nieuw uitgeroepen kalifaat trekt zich niets aan van bestaande grenzen. Het beoogt een “volmaakte soennitische staat” te scheppen voor alle moslims ter wereld, om zo het einde der tijden voor te bereiden. Het ISIS-magazine Dabiq getuigt van deze Apocalyptische visie. De jihad voor het kalifaat bleek (voor velen onbegrijpelijk) ook een wervende werking te hebben op een (gelukkig maar klein) deel van de moslimjeugd in Europa en elders. Zeker na de terreuraanslagen in Parijs van 13 november jl. vormen de jihadisten en Syrië-gangers vanuit Europa in het Westen een extra reden tot zorg.

Dit en het Russische ingrijpen in Syrië (oktober 2015) ten gunste van het regime van Assad maken een grootschaliger offensief tegen ISIS doelen alleen maar waarschijnlijker. De vraag is dan alleen hoe het nieuwe Midden-Oosten er na een eventuele herschikking van de regio (Irak en Syrië) uit zal zien. Het fenomeen ISIS heeft de verhoudingen danig verstoord en de vraag dringt zich op in hoeverre niet ook westerse bemoeienissen aan de wieg hebben gestaan van dit extremisme: de kunstmatige staatsvorming na de Eerste Wereldoorlog, de steun van het Westen voor minderheidsdictaturen en conservatieve oliestaten, de Amerikaanse bezetting van Irak en de nasleep daarvan.

Thans lijkt voor het Westen het bestrijden van ISIS een hoge mate van prioriteit en urgentie te hebben. Hoewel de wreedheden van het regime van Assad en andere partijen in de Syrische burgeroorlog en in Irak een veelvoud aan slachtoffers vergden, sprak het openlijk anti-westerse optreden van ISIS in het Westen veel meer tot de verbeelding.

Gebrek aan betrouwbare informatie

Het gebrek aan betrouwbare informatie speelde de journalistiek parten. Slechts weinigen begaven zich op het strijdtoneel; zij moesten het vaak doen met partijdige of eenzijdige bronnen. Sociale media bleken overdreven of onjuiste berichten te verspreiden. ISIS zelf toonde zich bovendien uiterst bedreven in public relations, propaganda en (des)informatie via de media.

Veel literatuur over ISIS dateert nog uit de tijd dat het Westen verbijsterd toekeek bij de opmerkelijke opmars van de jihadisten in Irak en Syrië. Zij voorzag in een groeiende behoefte bij een groot publiek aan kennis van en inzicht in wat er gaande was in en rond ISIS. Maar noodgedwongen blijft veel speculatief en is het verhaal over de organisatie nog verre van compleet, laat staan afgerond. De boeken lijken daardoor vaak een open eind te hebben. Er wordt veel verteld over het ontstaan van de beweging, de op internet verspreide gruweldaden en de reactie van het Westen, maar veel minder over het dagelijks leven in de islamitische staat en de interne verwikkelingen binnen de organisatie. Dat heeft natuurlijk alles te maken met het ontbreken van betrouwbare informatie daarover. Het laatste woord over ISIS is er daarom nog lang niet mee gezegd.

Judit Neurink

De oorlog van ISIS

Groet: Conserve Uitgeverij, januari 2015; 192 pp.; € 14,99;

ISBN: 978-90-5429-378-1

cover

De Nederlandse journaliste Judit Neurink, die al jaren in Iraaks Koerdistan woont en werkt, schreef een helder en overzichtelijk boek over ISIS. Ze geeft veel feitelijke informatie over ontstaan en groei van de beweging. Illustratief zijn de verhalen van vluchtelingen en slachtoffers, die Neurink in Koerdistan sprak. Zij concludeert dat het sektarisme de verhoudingen tussen de verschillende bevolkingsgroepen behoorlijk heeft vergiftigd, hetgeen toekomstig samenleven en een vreedzame oplossing van de huidige problemen ernstig bemoeilijkt.

Hans Jaap Melissen

IS, tot alles in staat

Amsterdam: Uitgeverij Carrero, januari 2015; 256 pp.; € 15,-;

ISBN: 978-90-4882-550-9

cover

Hans Jaap Melissen, reizend Midden-Oosten-correspondent, schreef zijn IS, tot alles in staat vanuit zijn eigen ervaring in het gebied, alsmede op basis van getuigenverklaringen. Hij geeft ook inzicht in de journalistieke praktijk. Het boek is bondig en overzichtelijk. Naast een helder overzicht van de opkomst van ISIS aan de hand van zijn eigen ervaringen, komen de nodige getuigen, strijders, deelnemers en slachtoffers van de oorlog in beeld. Zijn verwachting is dat de staatkundige orde (zoals ontstaan na de Eerste Wereldoorlog, de Sykes Picot-grenzen) niet langer vanzelfsprekend is.

Pieter van Ostaeyen

Van kruistochten tot kalifaat, Arabische Lente, Jihad, Islamitische Staat

Kalmthout: Pelckmans, juni 2015; 250 pp.; € 17,50;

ISBN: 978-90-2897-374-9

cover

De Belgische arabist Pieter van Ostaeyen probeerde in kort bestek een historisch kader te schetsen waarin de opkomst van ISIS geplaatst kan worden. Hij ziet er vooral een nieuwe bevestiging in van de theorie van de ‘Botsing der Beschavingen’ van Samuel Huntington. Afgezien van helaas een aantal feitelijke onjuistheden en slordigheden, komt de auteur met enkele weinig onderbouwde uitspraken en generalisaties. Het is een handzaam boek met fraaie illustraties. Vooral het laatste deel, waarin Van Ostaeyen verder ingaat op zijn onderzoek naar Syriëgangers in Belgie en hun netwerken, is interessant en actueel.

Patrick Loobuyck (red.)

De lokroep van IS: Syriëstrijders en (de) radialisering

Kalmthout: Pelckmans, mei 2015; 288 pp.; € 21,50;

ISBN: 978-90-289-8361-8

cover

De radicalisering van Syriëstrijders uit België vormt ook het uitgangspunt van de interessante reader De Lokroep van IS, onder redactie van godsdienstwetenschapper Patrick Loobuyck. De bundel komt o.a. voort uit de zorg om het relatief grote aantal Belgische jihadisten dat naar Syrië afreist. Deskundige auteurs gaan in op afzonderlijke aspecten, zoals de sociale, antropologische en andere achtergronden van de jihadisten, fasen van radicalisering en (on)mogelijkheden tot deradicalisering (o.a. in het onderwijs).

In een belangwekkende bijdrage tonen Stijn Aerts en John Nawas hoe selectief ISIS te werk gaat bij het kiezen en uit hun verband rukken van teksten uit Koran en Hadith teneinde hun strijd te rechtvaardigen. De islamoloog Rachid Benzine laat zien hoe veel Koranteksten (over geweld) in hun historische (tribale) context dienen te worden geplaatst.

Loobuyck stelt dat zich in feite in het Midden-Oosten een machtsstrijd afspeelt, waarbij religieuze motieven naar eigen goeddunken ge- of misbruikt worden door de strijdende partijen. Vooral Saoedi-Arabië, sinds de Iraanse revolutie van 1979 panisch voor het sji’itische revolutionaire elan, zou zich sterk hebben toegelegd op de verspreiding van de wahabitische (puriteins soennitische en fel anti-sji’itische) versie van de islam. Brahim Layfouss en Loobuyck dringen dan ook aan op vernieuwing van de islam, zodat deze binnen de seculiere Europese samenlevingen beter kan functioneren. Zeer ter zake is het pleidooi voor preventie van radicalisme onder moslimjongeren, zoals verwoord door de criminologen Lieven Pauwels en Brice de Ruyver.

Patrick Cockburn

De nieuwe heilige oorlog, de opkomst van IS en de soennitische opstand

Amsterdam: Amsterdam University Press, maart 2015; 168 pp.; € 19,95;

ISBN: 978-90-8964-927-0
(vertaling van The Jihadis Return [New York, 2014]. Vertaling: Asaf Lahat)

cover

In het goed leesbare De Nieuwe Heilige Oorlog spreekt The Independent-journalist Patrick Cockburn van de gevaarlijke wahabisering van de soennitische islam, waarvoor het Westen de ogen jarenlang gesloten heeft. Ook na ’9/11’ bleven Saoedi-Arabië (bakermat van het gedachtengoed van al-Qaida) en Pakistan (dat de Taliban faciliteerde) immers goeddeels buiten schot. Ook ten aanzien van de media toont Cockburn zich kritisch: te vluchtige berichtgeving met te weinig belangstelling voor de werkelijke achtergronden vertroebelden de beeldvorming. Cockburn toont zich pessimistisch over de nabije toekomst.

Jessica Stern & J M Berger

IS. Staat van terreur?

Amsterdam: De Bezige Bij, april 2015; 224 pp.; € 22,90;

ISBN: 978-90-234-9058-6
(geactualiseerde vertaling van ISIS, the State of Terror. Vertaling: Fred Hendriks en Ankie Klootwijk)

cover

Jessica Stern en J.M. Berger, als terreurdeskundigen verbonden aan Harvard, borduren voort op jarenlang onderzoek naar moslimradicalisme. Zij vergelijken ISIS met al-Qaida, die vooral als voorhoede-organisatie optrad, terwijl ISIS met de restauratie van het kalifaat een utopische staat tracht teverwezenlijken. Ze constateren dat ISIS inderdaad door een handig gebruik van sociale media (hashtacks) de indruk wekt van alomtegenwoordigheid en almacht (die militair vaak overschat wordt). In dit boek wordt wel heel veel aandacht aan het internetgebruik van ISIS besteed. De vraag is of dat niet enigszins het zicht op de werkelijkheid (the facts on the ground) vertroebelt.

De apocalyptische levensvisie en de verheerlijking van het geweld lijken in bepaalde kringen grote aantrekkingskracht te hebben; daarvoor moet immers ook een voedingsbodem zijn. Het is volgens hen vooral aan de islam zelf daar een antwoord op te formuleren. Oorlogvoering tegen IS door het Westen kan averechts werken en juist de aanhang voor IS verder vergroten. Het gevaar voor het Westen schuilt niet zozeer in een invasie van buitenaf, alswel in de invloed van IS op moslimgemeenschappen in Europa.

De auteurs vinden dat de Amerikanen Irak te snel hebben verlaten en geen goed georganiseerde staat achterlieten, waardoor het sektarisme overwon. Het terrorisme is geprofessionaliseerd en de strijd ertegen zal er een van lange adem worden. Die strijd zal niet alleen militair gevoerd moeten worden, maar vooral op het gebied van informatie en internet. In een Epiloog (toegevoegd aan het oorspronkelijke boek) wordt voor een breder publiek meer uitleg gegeven over achtergronden en gebruikte terminologie.

Loretta Napoleoni

De terugkeer van het kalifaat, de stormachtige opkomst van Islamitische Staat en de verwarring in het Westen

Amsterdam: Balans, november 2015; 256 pp.; € 14,95;

ISBN: 978-94-6003-037-6
vertaald door Peter Verstegen (The Islamic Phoenix, Seven Stories Press New York, 2014)

cover

De Italiaanse terreurdeskundige Loretta Napoleoni, die al veel publicaties over al-Qaida op haar naam heeft staan, legt de nadruk op de capaciteit van ISIS om een eigen staat op te bouwen. Zij spreekt van een “casco staat” met een goed georganiseerde infrastructuur, belastingheffing, sociale voorzieningen, media, enz. Door een goed gebruik van natuurlijke hulpbronnen (olie) zorgde ISIS voor eigen inkomsten en werd zij financieel onafhankelijk. Napoleoni spreekt van de privatisering van het terrorisme.

ISIS blijkt in de praktijk op lokaal niveau pragmatisch te opereren om zo een eigen islamitische staat, een vaderland voor de soennieten te scheppen, dat aantrekkelijk moet zijn voor gelijkgestemden. De etnische zuiveringen dienen daarbij niet alleen om angst aan te jagen, maar ook om een homogeen samengestelde staat te vormen. Sji’ieten, Yezidi’’s, christenen en andersdenkende moslims moeten immers zo veel mogelijk worden verdreven.

Napoleoni schat de kracht en overlevingskansen van de islamitische staat vrij hoog in en komt daarbij tot nogal boude uitspraken. Zo constateert zij dat op den duur onderhandelingen met en erkenning van het islamitisch kalifaat weleens aan de orde zouden kunnen komen.

Mede door de recente ontwikkelingen ziet het er voor de ISIS-staat echter minder rooskleurig uit. De islamitische staat is volkomen geïsoleerd geraakt en heeft de hele wereld tegen zich. In kringen van islamitische godgeleerden klinkt steeds luider de afkeer van de ISIS-uitleg van de islam (de open brief van de 126 godgeleerden die Al-Baghdadi’s kalifaat en diens uitleg van de Koran als onislamitisch van de hand wijzen). De huiveringwekkende terreur en de puriteinse interpretatie van de islam zullen op den duur weerstanden oproepen. We kunnen ons toch moeilijk voorstellen dat de mensen op den duur het verbod op sigaretten, op voetbal en op alle soorten van vermaak en muziek zullen blijven accepteren.

Het kalifaat is “land locked” en economisch geïsoleerd en dus niet erg levensvatbaar. Bondgenoten zullen ISIS in de steek laten en naarmate het momentum van de opzienbarende overwinningen verloopt, zal ook de toestroom van jihadisten stagneren. Toch zal ISIS geen voetnoot in de geschiedenis worden, want de kaarten in het Midden-Oosten zijn flink door elkaar geschud.

Veel van de hierboven kort besproken boeken voorzien in een grote behoefte aan informatie en geven met soms aanvechtbare stellingen voedsel aan het debat. Het laatste boek over ISIS moet echter nog geschreven worden.