Macrons tweede termijn: wat kunnen we verwachten?
Analysis European Union

Macrons tweede termijn: wat kunnen we verwachten?

03 May 2022 - 14:15
Photo: Emmanuel Macron tijdens een verkiezingsevenement in Parijs op 2 april 2022. © Alexandre Gamet / Flickr
Back to archive
Author(s):

Wat staat Frankrijk en Europa te wachten na de herverkiezing van president Emmanuel Macron? Mark Elchardus (emeritus professor sociologie aan de Vrije Universiteit Brussel) verklaart de verscheurdheid in het Franse politieke landschap, en legt uit hoe Marine Le Pen – ondanks haar nederlaag, met ruim 41 procent van de stemmen – een rol van betekenis kan spelen in de komende parlementsverkiezingen. Kan Macron de verwachting waarmaken het Europese migratiebeleid op orde te brengen, of zelfs een bemiddelende rol te spelen in de Oekraïnecrisis?

Ideologische tegenstellingen lichten in Frankrijk feller op dan elders in Europa. Daarom zijn de politieke campagnes er vaak boeiender. Toch laten deze campagnes vele Fransen onberoerd. Uiteindelijk brachten slechts twee op de drie kiesgerechtigden een geldige stem uit toen Frankrijk Emmanuel Macron opnieuw tot president verkoos, op zondag 24 april.1  Uit enquêtes bleek bovendien dat drie van de vier Fransen vinden dat geen van de twaalf kandidaten uit de eerste ronde hun grote zorgen en verzuchtingen vertegenwoordigde.

Het deel van de Franse bevolking dat zich wel betrokken voelt, liet dat enthousiast blijken. Bijeenkomsten met ongeveer zestig- tot zeventigduizend met vlaggen zwaaiende militanten en sympathisanten gaven de indruk dat het hele land door de campagnes was gemobiliseerd. Uiteindelijk stelt zich echter de vraag: maken campagnes het verschil?

Verkiezingsposters in Noord-Frankrijk in april 2022.  © Allan Leonard / Flickr
Verkiezingsposters in Noord-Frankrijk in april 2022. © Allan Leonard / Flickr

De uitslag van de eerste verkiezingsronde op 10 april bracht de politieke verschuivingen in Frankrijk duidelijk aan het licht. Maar werd de uitslag uiteindelijk – na alle debatten, bijeenkomsten, toespraken en commentaren – niet voornamelijk bepaald door de ideologische en gevoelsmatige stromingen die het politieke landschap van Frankrijk karakteriseren, in plaats van door campagnevernuft?

Zes maanden geleden, voordat de campagne op gang kwam, gaven de peilingen Macron een nipte 56 procent tegenover Marine Le Pen met een solide 44 procent.2  Uiteindelijk kreeg Macron 58,5 procent van de stemmen en Le Pen 41,5 procent.3  Over de laatste zes maanden won Macron dus 2,5 procentpunten en verloor Le Pen er evenveel.

Dergelijke uitslagen roepen de vraag op of dit soort ongenoegen zich in de komende vijf jaar zal verspreiden over grotere delen van Frankrijk

Momenteel zijn er nog onvoldoende onderzoeksgegevens beschikbaar om met veel zekerheid te zeggen waaraan de stijging van Macron en de daling van Le Pen kunnen worden toegeschreven. Wilden de Fransen niet van president wisselen nu er oorlog is in Europa? Wist Macron beter te overtuigen tijdens het debat? Bleven de potentiële Le Pen-stemmers in grotere mate thuis? Of overwonnen de linkse kiezers hun afkeer van Macron omdat het vooruitzicht van een overwinning van Le Pen hen nog meer afschrikte dan een tweede termijn voor Macron?

Waarschijnlijk speelden al die redenen een rol. Het is ook duidelijk dat al die verklaringen niet overal in het land even toepasselijk zijn. Op veel plaatsen waar de extreemlinkse Jean-Luc Mélenchon in de eerste ronde veel succes boekte, deed Macron het in de tweede ronde bijvoorbeeld relatief goed.

Dit was echter niet overal het geval. Er zijn plekken waar links of rechts, of nationalist of kosmopoliet zijn er niet meer toe doet; hier wordt resoluut ‘tegen het systeem’ gestemd. Op de Franse Antillen bijvoorbeeld, waar Mélenchon in de eerste ronde de grote winnaar was, ging in de tweede ronde nagenoeg 70 procent van de stemmen naar Le Pen.4  Dergelijke uitslagen roepen de vraag op of dit soort ongenoegen zich in de komende vijf jaar zal verspreiden over grotere delen van Frankrijk.

Jean-Luc Mélenchon tijdens een bijeenkomst in Parijs voor de Franse presidentsverkiezingen. © Christophe Michel - ABACAPRESS
Jean-Luc Mélenchon tijdens een bijeenkomst in Parijs voor de Franse presidentsverkiezingen. © Christophe Michel - ABACAPRESS

Frankrijk bijeenhouden
Macron wacht een aantal moeilijke opdrachten. De meest dringende stond al centraal in zijn aanvaardingsspeech van 2017. Tegen de grandioze achtergrond van de piramide van het Louvre gaf hij zichzelf destijds plechtig de opdracht om de Fransen weer met elkaar te verzoenen.

Hierin is hij jammerlijk gefaald. Het ongenoegen in Frankrijk werd de afgelopen jaren groter, en de verdeeldheid dieper en gewelddadiger. In de eerste ronde van de verkiezingen van 2022 stemde bijna twee op de drie Fransen op partijen die men kan omschrijven als antisysteem.

In een Frankrijk dat – in vergelijking met andere Europese landen – veel uitgeeft aan sociale zekerheid, voelt een steeds groter deel van de bevolking zich achtergesteld, uitgesloten, verwaarloosd en zonder respect behandeld. Vele Fransen zien in hun samenleving geen klassen meer, maar een verdeling tussen ‘mensen van boven’ en ‘mensen van onder’. Zij beschouwen Macron als een president die disproportioneel veel heeft gedaan voor de mensen van boven en bitter weinig voor de mensen die werken voor een bescheiden inkomen.

De levenswijze van deze mensen uit een lagere sociaaleconomische klasse verschilt daarnaast behoorlijk van die van ‘mensen van boven’. Dit zie je bijvoorbeeld terug in hun vormen van ontspanning en aan de dingen die zij graag eten en drinken. Dat verschil valt niet gemakkelijk te overbruggen. Veel mensen geloven dat sociaaleconomisch beleid dit verschil minder pijnlijk – of in hun ogen minder oneerlijk – kan maken. Om onlusten te voorkomen zal Macron heel snel maatregelen moeten nemen om de indruk te geven dat op dat vlak althans zijn tweede termijn anders zal zijn dan zijn eerste.

Emmanuel Macron tijdens een campagne-evenement. © Reuters
Emmanuel Macron tijdens een campagne-evenement. © Reuters

Macron koos in zijn campagne resoluut voor de stelling dat men eerst meer welvaart dient te scheppen voordat aan verdeling kan worden gedacht. Hiermee verschilt hij op sociaaleconomisch gebied van Le Pen. Macron opteert voor ‘workfare’: meer werken en later met pensioen om – op termijn – meer welvaart te scheppen voor iedereen.

Macron zal de Fransen die op Le Pen stemden en die per direct een eerlijkere verdeling wensen, moeten overtuigen dat hun welvaart en welzijn – en niet het creëren van meer rijkdom voor de rijken – het daadwerkelijke doel is van zijn beleid. Hij begon daar al mee tijdens de laatste dagen van de campagne door een aantal voorstellen van Le Pen over te nemen, zoals het indexeren van de pensioenuitkeringen, maatregelen om de prijzen van benzine, diesel en stookolie te drukken, en lastenverlaging om te proberen de laagste inkomens op te krikken. Om dezelfde reden valt zijn keuze voor een eerste minister deze keer misschien niet op een liberaal, maar op een sociaaldemocraat.

Haast onmogelijke opdrachten
De verkiezing zorgde ook voor verrassingen. De meest opvallende was de blijdschap van de verliezers. Het was al eigenaardig dat Macron bij zijn overwinningstoespraak niet bijzonder gelukkig leek, alsof hij zelfs in dat moment van ontlading al gebukt ging onder de zorgen van zijn ambt.

Emmanuel Macron viert zijn overwinning in 2022. © Reuters
Emmanuel Macron viert zijn overwinning in 2022. © Reuters

Opvallender nog was de haast uitbundige blijdschap van de verliezers. We zagen dat al bij Mélenchon in de eerste ronde, en vervolgens ook bij Le Pen in de tweede. Voor de blijdschap van de verliezers kunnen vele verklaringen worden bedacht; één evidente is inderdaad de zware, haast onmogelijke opdracht die de president nu wacht. De gezwinde wijze waarop Le Pen het podium opstapte om haar nederlaag ridderlijk te aanvaarden, leek wel een zucht van verlichting.

Macrons aandacht zal niet alleen naar Frankrijk kunnen gaan. De manier waarop hij zich de laatste maanden heeft opgesteld, heeft de verwachting gecreëerd dat hij op de een of andere manier zal bijdragen aan het oplossen van de Oekraïnecrisis. Macron heeft geprobeerd de lijn met Moskou open te houden. Zo weigerde hij stelselmatig Poetin te omschrijven als een dictator of oorlogsmisdadiger, en stelde hij zeker niet een regimewissel voor als uitkomst van deze oorlog of als een voorwaarde voor vrede. Het is duidelijk dat Macron – net als zijn Duitse collega Olaf Scholz – niet tot de groep mensen behoort die denken de Oekraïense burgers te helpen door Poetin met de rug tegen de muur te plaatsen of de indruk te geven dat hij al op weg is naar het Internationaal Strafhof in Den Haag.

Van alle Europese leiders wordt verwacht dat zij een einde maken aan het lijden van de Oekraïners en – in de mate dat het nog mogelijk is – een grootschalige hongersnood in de landen rond Europa voorkomen. Macron heeft bij vele Fransen de verwachting geschapen dat hij daarbij een bijzondere rol zal spelen.

Deze verwachting droeg ook bij aan zijn herverkiezing. Vele Fransen zagen door de oorlog in Oekraïne gevaren in een overwinning van Le Pen. Macron komt hier dus meteen voor zeer moeilijke keuzes te staan, die net als voor andere Europese leiders wel eens bepalend zou kunnen zijn voor hoe hij later zal worden herinnerd.

Emmanuel Macron tijdens een toespraak in het Europees Parlement in Strasbourg in januari 2022. © France Diplomatie / MEAE
Emmanuel Macron tijdens een toespraak in het Europees Parlement in Straatsburg in januari 2022. © France Diplomatie / MEAE

Als wapenleverancier aan Oekraïne zijn de lidstaten van de Europese Unie in feite al indirect in oorlog met Rusland. Steeds zwaardere wapens leveren, biedt echter geen garantie op een Oekraïense overwinning en houdt het risico op escalatie in. Dit risico wordt versterkt doordat aanhangers van de Russische militaire doctrine blijkbaar nog geloven in het beperkte gebruik van zogeheten tactische kernwapens.

Escaleren door het inzetten van sancties roept evenzeer moeilijke vragen op. Gaat een embargo op olie- of gasimport uit Rusland het land sneller aan de onderhandelingstafel brengen, of gaat het in Rusland de positie van Poetin versterken? Zal het daar niet leiden tot een reactie van de Russische bevolking vergelijkbaar met wat de inflatie en de werkloosheid in de Weimarrepubliek in de jaren twintig van de vorige eeuw veroorzaakten: agressie naar buiten en repressie naar binnen, waarbij de krachten die Rusland op een democratisch pad kunnen brengen worden uitgeschakeld?

Verder staat Macron nu samen met de EU voor een uitdaging die bepalend is voor hun toekomst: de ontwikkeling van een doeltreffend migratiebeleid. We staan aan de vooravond van een nieuwe migratiecrisis als gevolg van de naschokken van de coronapandemie en Oekraïnecrisis. Macron is zich daar terdege van bewust.

De kans is reëel dat Macron en Europa hier gaan falen; dit zal hen zwaar worden aangerekend en de uitslag van de volgende presidentsverkiezingen kunnen bepalen

Hij dook als staatshoofd op tijdens een bijeenkomst van de Europese Raad van Ministers van Justitie en Binnenlandse Zaken om hen op het hart te drukken dat snel vooruitgang moet worden geboekt inzake een gemeenschappelijk asielbeleid en het Europees migratiepact. Hij heeft op die manier wel een heel sterk signaal afgegeven, maar hij zit in dit dossier in een bijzonder moeilijke positie. Vooral in verband met migratie verdedigde hij tijdens de campagne de stelling dat een degelijk en door een duidelijke meerderheid van de Fransen gewenst migratiebeleid het beste te realiseren is via Europese samenwerking en in overleg met de andere lidstaten.

Le Pen stelde daarentegen dat het gewenste migratiebeleid slechts mogelijk is als Frankrijk zich aan de Europese regelgeving onttrekt. Het kamp van Macron verweet Le Pen dat dit haar nooit zou lukken; rechters zouden haar de pas afsnijden. Als Le Pen zou zijn verkozen, dan had dit haar meteen de kans gegeven om te zeggen dat haar migratiebeleid niet zou slagen omdat ‘Brussel’ het Frankrijk onmogelijk zou maken. Dat zou Frankrijk verder van de Unie hebben verwijderd, maar Le Pen bijkomende politieke steun hebben opgeleverd.

Macron heeft zich daarentegen veroordeeld tot Europees succes in het migratiedossier, terwijl er tot nog toe weinig of geen vooruitgang werd geboekt in de onderhandelingen over het Europese migratiepact. De kans is reëel dat Macron en Europa hier gaan falen; dit zal hen zwaar worden aangerekend en de uitslag van de volgende presidentsverkiezingen kunnen bepalen.

Op naar de derde ronde
In de toespraak waarin zij haar nederlaag toegaf, klonk Le Pen bijzonder strijdlustig. Na een paar bittere woorden over de bitsige campagne van de laatste weken ging het vooral over de geboekte vooruitgang en de toekomst.

Haar klachten over de campagne zijn overigens terecht. Macron en het gros van de Franse media deden hun uiterste best om Le Pen te demoniseren. Ze werd doorgaans omschreven als “een gevaar”, als “bondgenoot van Poetin” en als “de afgrond waarvoor we staan”.5  De Franse minister van Binnenlandse Zaken, Gérald Darmanin, voorspelde zowaar: “Met Marine Le Pen gaan de armen misschien wel sterven”.6

Marine Le Pen in het Europees Parlement in 2015.  © European Union 2015 / European Parliament
Marine Le Pen in het Europees Parlement in 2015. © European Union 2015 / European Parliament

In een poging om Russische inmenging in verkiezingen te overtroeven, lieten drie buitenlandse regeringsleiders in de krant Le Monde een oproep verschijnen om tegen Le Pen en voor Macron te stemmen.7  De dienst fraudebestrijding van de Europese Commissie beweerde midden in de verkiezingsstrijd dat Le Pen Europese fondsen zou hebben gebruikt voor partijpropaganda.8

Daarbij waren er ook nog de onthullingen van The New York Times op 14 april dit jaar over de Europese plannen voor een embargo op Russische olie. Als dat er komt, schieten de energieprijzen de hoogte in. Volgens The New York Times wilde men met de aankondiging wachten tot na de verkiezingen om Macron te helpen en de “populisten” geen munitie te bezorgen.9

Marine Le Pen en haar Rassemblement National (RN) hadden dus alle reden om zich te wentelen in de rol van slachtoffers van het systeem. Toch gebeurde dat maar heel even. Al snel werd gewezen op het succes. Inderdaad, toen de kandidaat van het RN in 2002 in de tweede ronde kwam, behaalde hij 17 procent van de stemmen, in 2017 was dat 34 procent en in 2022 zelfs 41 procent.10  Dat is een grote vooruitgang, maar het is duidelijk dat men in het kamp van Le Pen meer had verwacht. Tijdens haar toespraak stond ze daar echter bij stil. Het grootste deel van de speech was gericht op de naderende parlementsverkiezingen, die ook wel worden omschreven als de derde ronde van de presidentsverkiezingen.

Het komt er dus op aan om binnen politieke families of ideologische kampen afspraken te maken

Sinds 2002 worden de parlementsverkiezingen zes weken na de tweede ronde van de presidentsverkiezingen gehouden, in de hoop dat de verkozen president verder gedragen wordt door het elan van zijn zege, zodat de partij(en) die hem steunen meteen ook een meerderheid behalen in de Assemblée. Op die manier wil men het risico op ‘cohabitation’ vermijden, het ongehuwd samenwonen van een president met een parlementaire meerderheid van een andere partij. Dat lukte uitstekend in 2017, toen Macron na zijn verovering van het Elysée en gedragen door de golf van enthousiasme die daardoor werd veroorzaakt met zijn nieuwe partij ook een meerderheid in het parlement verwierf.

Zijn partij heeft zich echter lokaal noch regionaal weten te verankeren. Na de presidents- en parlementsverkiezing van 2017 heeft Macron in feite alle verkiezingen (zowel lokaal, regionaal als Europees) verloren. Het is dus zeer de vraag of de coalitie van partijen waarop hij steunt er deze keer wederom in slaagt een meerderheid te verwerven. Vijf jaar geleden waren vele Fransen waarschijnlijk van oordeel dat men de nieuwe, jonge president een kans moest geven. Dat gevoel is nu veel minder aanwezig.

Het Assemblée Nationale vanaf de Seine in Parijs, Frankrijk. © David McKelvey / Flickr
Het Assemblée Nationale vanaf de Seine in Parijs, Frankrijk. © David McKelvey / Flickr

De parlementaire verkiezingen verlopen eveneens in twee ronden. Frankrijk is verdeeld in 577 kiesdistricten en elk district stuurt één vertegenwoordiger naar de Assemblée. Dit jaar stemmen de Fransen op 12 en 19 juni. Wie in de eerste ronde 50 procent van de stemmen haalt, kan meteen naar het parlement. Behaalt niemand 50 procent, dan gaan alle kandidaten die minstens 12,5 procent van de stemmen hebben gekregen door naar de tweede ronde. Wie daar dan de meeste stemmen krijgt, wordt de afgevaardigde.

Het komt er dus op aan om binnen politieke families of ideologische kampen afspraken te maken. In het nationalistische kamp kunnen bijvoorbeeld afspraken worden gemaakt tussen het RN van Le Pen en Reconquête van Éric Zemmour. In districten waar zij niet bijzonder sterk staan, kunnen ze beslissen dat slechts een van de twee partijen een kandidaat voordraagt, zodat de kans toch groot is om in de tweede ronde te belanden. Daar waar ze beiden sterk staan, kunnen ze zien wie in de eerste ronde de meeste stemmen haalt en dan beiden die kandidaat steunen in de tweede ronde.

Dergelijke onderhandelingen worden nu druk gevoerd en de twee partijen maken zich sterk dat een van hen in ongeveer 380 districten de tweede ronde haalt. Mélenchon rekent eveneens op veel afgevaardigden in de Assemblée. De mogelijkheid is reëel dat de partijen die Macron nu steunen geen meerderheid meer krijgen, en dat de oppositie verdeeld wordt tussen de extreemlinkse Union de la Gauche en een nationalistische groep bestaande uit RN en Reconquête. In dat geval wordt regeren moeilijk; het blijft dus spannend tot 19 juni.

Deze publicatie is onderdeel van een blogreeks over de Franse presidentsverkiezingen door Mark Elchardus voor Instituut Clingendael. 

Authors

Mark Elchardus
Emeritus professor sociologie