De Bundeswehr in zwaar weer
Opinie Veiligheid & Defensie

De Bundeswehr in zwaar weer

27 Mar 2018 - 12:17
Photo: Bron: NATO / Flickr
Terug naar archief
Author(s):

Met het aantreden van het vierde kabinet-Merkel krijgt Ursula von der Leyen als minister van Defensie een tweede en waarschijnlijk laatste kans om de Duitse strijdkrachten te moderniseren. Al eind januari 2014 betoogde ze samen met andere vooraanstaande Duitse politici op de jaarlijkse veiligheidsconferentie in München, dat Duitsland meer verantwoordelijkheid moet gaan dragen voor de internationale veiligheid. Ambitieuze woorden, maar daar is wel een voor zijn taken berekende Bundeswehr voor nodig.

De erfenis van de eerste termijn van Von der Leyen laat echter veel te wensen over. Zo noemde ‘Wehrbeauftragte’ Hans Peter-Bartels, in een vernietigend rapport het afgelopen najaar, de materiële en personele inzetbaarheid van wapensystemen ‘dramatisch laag’. Die situatie bestaat al jaren. Zo kwam het in 2015 tijdens een NAVO-oefening zelfs voor dat bij een gebrek aan mitrailleurs, tankcommandanten zwart geschilderde bezemstelen als alternatief gebruikten.

Schrijnende tekortkomingen
De tekortkomingen zijn al langere tijd schrijnend. Enkele voorbeelden. Het komt voor dat vliegtuigvluchten in het inzetgebied soms helemaal uitvallen. Ook waren eind 2016 alle zes onderzeeboten buiten bedrijf. Van de 14 nieuwe transportvliegtuigen A400M vloog met tussenpozen geen vliegtuig. Andere vliegende eenheden kwamen vlieguren tekort voor opleidingen. Bij de marine zijn er in plaats van de 15 voorziene fregatten slechts negen beschikbaar.

Homans-foto3-Heckflossen von Bundeswehr-Flugzeugen auf der ILA 2010-Alexander Stirn-Flickr
Bundeswehr-vliegtuigen in Berlijn, 2010. Het Duitse leger kampt al jarenlang met grote materiële tekorten. Bron: Alexander Stirn / Flickr 

De Eurofighter en Tornado gevechtsvliegtuigen en de CH-53 transporthelikopters zijn gemiddeld slechts vier maanden per jaar inzetbaar. Oorzaak? Zij dienen voortdurend gerepareerd te worden. Ook is er een tekort aan reserveonderdelen voor onderhoud. Daarnaast missen de troepen essentiële onderdelen, zoals nachtzichtuitrusting en granaatwerpers.

Dit alles wreekt zich tijdens de deelname aan totaal 13 missies in het buitenland, die voor de huidige Bundeswehr een te grote last blijken te zijn. Veel soldaten zijn volgens Bartels dan ook overbelast en gefrustreerd. De in het regeerakkoord aangekondigde verbeteringen op materieel, financieel en personeelsgebied zijn weliswaar een positief signaal, maar dit had al veel eerder moeten gebeuren. Want de Bundeswehr wordt volgens Bartels nog steeds geplaagd door een slechte planning, erg hoge onderhoudskosten, een gebrek aan prioriteiten en inadequaat leiderschap.

Wat bij dit alles niet helpt is dat Duitsland ver achterblijft bij het streven van de NAVO om 2 procent van het Bruto Nationaal Product aan defensie te besteden (namelijk minder dan 1,2 procent). Ondanks geleidelijke verhogingen van het defensiebudget zal deze NAVO-norm in 2024 niet gehaald worden. Bovendien bestaan er verschillen van mening tussen christendemocraten en socialisten over het voldoen aan de 2% norm. Wel zijn er plannen om tot aan 2030 zo’n 130 miljard euro te investeren in defensie-infrastructuur, materieel en uitrusting. Daarmee is in ieder geval wel een eind gekomen aan de voortdurende bezuinigingen.

Een tweede factor betreft het personeelsbeleid van de Duitse krijgsmacht. Nu de dienstplicht in 2011 is afgeschaft, is de werving en het behoud van personeel steeds problematisch geworden. Het beroep van militair is weinig populair, maar ieder jaar moeten er wel 12.500 jongelui een contract tekenen, wil men de troepensterkte op peil houden (de Bundeswehr telt momenteel liefst 178.600 parate militairen en 27.900 reservisten). Ook de demografische trends, met een laag geboortecijfer, helpen daarbij niet.

Tussen de Duitse christendemocraten en socialisten bestaan verschillen van mening over het voldoen aan de 2% norm van de NAVO

Kortom, ondanks alle uitspraken dat Duitsland meer verantwoordelijkheid gaat nemen en Berlijn belooft een actiever buitenlands beleid na te streven, is de Bundeswehr gezien het voorgaande op de voorzienbare termijn niet in staat deze ambities op geloofwaardige wijze waar te maken.

Bij dit alles moet bovendien ook de rol van de politieke (veiligheids-)cultuur in Duitsland niet vergeten worden. Bij deelname aan internationale missies zijn de strijdkrachten onderworpen aan vele voorbehouden die beperkingen opleggen aan hun inzet. Deze betreffen vooral het vermijden van slachtoffers. De Bondsdag, die formeel instemmingsrecht voor inzet van de Bundeswehr heeft, speelt hierin ook een belangrijke rol.

Homan-foto2-NATO Secretary General Jens Stoltenberg meets with the German Minister of Defence, Ursula von der Leyen-2 sept 2016-NATO-Flickr
NAVO Secretaris Generaal Jens Stoltenberg ontvangt de Duitse Minister van Defensie Ursula von der Leyen in 2016. Bron: NATO / Flickr

Zo blijft de houding ten aanzien van het gebruik van geweld de lakmoesproef voor de volwassenheid van de Duitse buitenlandse politiek en het veiligheidsbeleid. Maar de huidige Duitse opstelling wordt voor een belangrijk deel nog bepaald door de geschiedenis van twee wereldoorlogen en de pacifistische instelling van een groot deel van de bevolking.

Saillant is dan wel dat op het gebied van wapenleveranties van Duitse schroom overigens geen sprake is. Duitsland is een van de grootste wapenexporteurs in de wereld. Het is een belangrijke leverancier van onderzeeboten en tanks.

Uitdagingen
Inmiddels staat de Bundeswehr de komende tijd voor twee belangrijke uitdagingen. Allereerst is er de leiding over de Very High Readiness Joint Task Force (VJTF) van de NAVO, begin volgend jaar. De Bundeswehr heeft slechts negen operationele Leopard 2-tanks. Voor de VJTF zijn er echter 44 nodig. Van de veertien Marder gepantserde infanterievoertuigen zijn er tot nu toe slechts drie geleverd. Bovendien ontbreekt het aan kogelwerende vesten, winterkleding en voldoende mobiele onderkomens.

De 5.000 militairen tellende VJTF is echter niet alleen gebaseerd op afschrikking. Snelheid wordt verondersteld een van de grote voordelen van deze Task Force te zijn. Het streven is sommige van de eenheden binnen 48 uur te mobiliseren. Het is echter zeer de vraag of de Bundeswehr gezien de huidige tekortkomingen aan dit vereiste kan voldoen.

Een tweede uitdaging voor de Bundeswehr is de toekomstige ontwikkelingen op Europees defensiegebied. Op de recente veiligheidsconferentie in München werd duidelijk  dat Duitsland en Frankrijk verschillende Europese prioriteiten hebben en geen gemeenschappelijke strategische cultuur kennen. De Franse president Macron heeft bovendien vorig najaar het idee gelanceerd een Europese interventiemacht op te richten – en dit buiten de NAVO en EU om. Hier is de vraag welke de positie en rol van de Duitse politiek en de Bundeswehr gaan worden. Kan Duitsland bij de huidige staat van de Bundeswehr een leidende rol spelen bij versterking van de Europese samenwerking op het vlak van veiligheid en defensie? Een vraag die gezien de intensieve defensiesamenwerking tussen Nederland en Duitsland ook voor ons land relevant is.

Auteurs

Kees Homan
Veiligheidsdeskundige en Generaal-Majoor der Mariniers, b.d.