Haalt Poetin inspiratie uit Adana Pact voor oplossing Syrië?
Analyse Conflict en Fragiele Staten

Haalt Poetin inspiratie uit Adana Pact voor oplossing Syrië?

16 Oct 2019 - 10:22
Photo: Koerdische YPG-strijders in september 2016. © Kurdish Struggle / Flickr
Terug naar archief

Rusland verwijst als huidige spelverdeler in Noord-Syrië naar een pact uit 1998 dat stelt dat Syrië niet toelaat dat zijn grondgebied gebruikt zou worden om de veiligheid van Turkije te ondermijnen. Dit zogeheten Adana Pact zal op zijn minst een bron van inspiratie vormen voor een oplossing in Noord-Syrië.

Op 6 oktober 2019 telefoneerde de Amerikaanse president Donald Trump met zijn Turkse evenknie Recep Tayyip Erdoğan. Trump kondigde aan dat de Amerikaanse troepen in Syrië, een tweeduizendtal, naar huis zouden komen. Een standpunt dat Trump al langer had verkondigd en dat door de Amerikaanse militairen steeds was vertraagd, uit vrees voor de mogelijke geostrategische gevolgen van het aldus ontstane machtsvacuüm.

Die vrees werd nog geen twee dagen later een feit toen de Turkse president Erdoğan zijn troepen beval om de Noord-Syrische grens over te steken, en een veiligheidszone van 30 kilometer aan te leggen. Er kwam zelfs een extra idee bij; het hervestigen van de Syrisch-soennitische vluchtelingen (zo’n 3,6 miljoen), die al jaren in Zuid-Turkije wonen, naar deze nieuwe ‘veiligheidszone’.

Zo lijkt het dat Erdoğan de Syrische Koerden er wil wegjagen. Maar de noordoostelijke zone van Syrië behoort wel degelijk tot het historische hartland van de Koerden. Waar moeten zij dan naartoe? Daarmee kan vermoed worden dat Erdoğan wil verhinderen dat de Koerden in Syrië en deze in Turkije (zo’n 13 tot 18 miljoen) zich ooit in de toekomst zouden kunnen verenigen tot één vrij Koerdistan.

Op deze manier lijkt Erdoğans plan bijna op een “omgekeerd” Verdrag van Sèvres, waarbij de geallieerden in 1920 het Ottomaanse rijk na de Eerste Wereldoorlog onderling in invloedszones verdeelden. Een autonoom Koerdistan werd hierbij als optie ten minste toch open gelaten.

Verdrag van Sevres

De ‘Jonge Turken’ onder Mustafa Kemal Atatürk verzetten zich er hevig tegen, wat uiteindelijk leidde tot het Verdrag van Lausanne van 1923. Erdoğans ware geopolitieke ambitie lijkt om dit nu definitief onmogelijk te maken. Hij ziet zich daarmee wellicht het werk van zijn voorganger afmaken.

Operatie ‘Peace Spring’
De afgelopen week veroorzaakte de Turkse militaire operatie ‘Peace Spring’ een ongeziene instabiliteit; een vluchtelingenstroom van meer dan 150.000 mensen en de destabilisatie van de IS-kampen die door de vooral Koerdische strijders van het SDF (Syrian Democratic Forces) bewaakt werden. Er zijn verslagen dat zo’n 800 IS-strijders en/of IS-echtgenotes vrij zouden gekomen zijn, en dat de IS-vlag op meerdere plaatsen werd gehesen.

Geschrokken van interne en externe kritiek beval Trump op dinsdag 15 oktober sancties tegen Turks staal (van 25 naar 50 procent), het opschorten van handelsbesprekingen met Turkije (geschat op een handelsvolume van 100 miljard dollar) en sancties ten aanzien van een aantal centrale Turkse bewindslieden. Vice-president Mike Pence wordt samen met de nieuwe Nationale Veiligheidsadviseur Robert O'Brien naar de regio gestuurd om te bemiddelen tussen de troepen van de Syrische president Assad en deze van Turkije.

Ondertussen was de SDF een alliantie aangegaan met de Syrische troepen, waardoor de hoop van Rojava – een pluralistisch Koerdisch autonoom gebied in Oost-Syrië – in rook opging in ruil voor veel onzekerheid. Assads troepen trokken binnen in centraal Noord-Syrië, een strook van zo’n 33 kilometer net tot aan de M4 oost-west-snelweg. Tevens trokken de Turken de stad Tal Abyad binnen.

Koerdische YPG-strijders in maart 2018 © Kurdish Struggle - Flickr.jpg
Koerdische YPG-strijders in maart 2018 © Kurdishstruggle / Flickr

Opvallend is dat het Turkse leger in combinatie werkt met onverschrokken pro-Turkse rebellen, waaronder het zelfverklaarde “Syrische Nationale Leger”. Dat bestaat uit naar schatting 80.000 tot 100.000 troepen, vooral Arabieren en Turkmenen. Ze gaan bijzonder onverschrokken te werk. Maar de droom van Erdoğan voor een veiligheidszone in Noord-Syrië lijkt nu al de pas afgesneden. Assad kon zijn machtspositie via de alliantie met de SDF plots uitbreiden tot in steden als Manbij in het noordwesten en Al Qamishly in het noordoostelijke Syrisch-Koerdische hartland.

Tegelijkertijd nemen de Russische troepen de rol over van de Amerikanen en patrouilleerden ze op dinsdag 15 oktober nabij Manbij tussen de troepen van Assad en deze van Turkije. Daarmee controleert Rusland nu geleidelijk aan de strategische situatie en worden directe clashes tussen beiden voorlopig verhinderd. Moskou als spelverdeler.

Adana Pact als inspiratie
Er zijn indicaties dat Erdoğan in de komende dagen naar Moskou zou gaan. Wie wat dieper graaft, stelt vast dat Moskou al in januari 2019 concrete voorstellen deed omtrent de verwachte terugtrekking van de Amerikaanse troepen in Noord-Syrië. De Russische buitenlandminister Lavrov verwees in januari 2019 reeds naar het Adana Pact.1 Dit pact stamt uit 1998, toen de leider van de Turkse Koerdische verzetsbeweging PKK, Abdullah Öcalan, het Syrische grondgebied daadwerkelijk gebruikte voor het plegen van terroristische aanslagen op Turkse bodem. Turkije dreigde toen al binnen te vallen.

Poetin verwees in januari 2019, toen al duidelijk was dat Trump de Amerikaanse troepen in Noord-Syrië wilde terugtrekken, al naar het Adana Pact

Het Adana Pact van 20 oktober 1998 tussen Syrië en Turkije stelde in het eerste artikel dat Syrië op geen enkele wijze zou toelaten dat zijn grondgebied gebruikt zou worden om de veiligheid en stabiliteit van Turkije te ondermijnen, en omgekeerd. Een bijkomend element in het pact was dat de Syrische regering de PKK zou beschouwen als onwettig, en deze zou bestrijden.2

Poetin verwees in januari 2019, toen al duidelijk was dat Trump de Amerikaanse troepen in Noord-Syrië wilde terugtrekken, al naar het Adana Pact.  De Turken interpreteerden dit als een signaal vanuit Moskou dat ze zelf de ‘vrije hand’ van Rusland zouden krijgen om op Syrisch territorium de PKK te bestrijden. Maar was dat wel de juiste interpretatie? Hoewel Rusland op woensdag 9 oktober 2019 initieel de Turkse inval in Syrië liet begaan, stelde het Kremlin al een dag later dat aan de territoriale integriteit van Syrië niet geraakt mocht worden. Op vrijdag 11 oktober liet Moskou weten dat het niet zeker was dat de IS-kampen die door de Koerden bewaakt werden, veilig zouden blijven. Ook mogelijke strijders uit de Kaukasus zouden daar aanwezig kunnen zijn, een regelrechte bedreiging voor de Russische nationale veiligheid.

In het weekend daarop werd deze vrees vrijwel onmiddellijk bewaarheid. Er zijn bovendien ook aanwijzingen dat er een IS-kamp beschoten werd door Turkse troepen. Opdat er chaos zou ontstaan waarbij anderen prioriteiten zouden moeten kiezen? Het zou niet de eerste keer zijn dat IS als destabilisering ‘gebruikt’ wordt door de strijdende partijen in het Syrische conflict.

Pro-Koerdische demonstratie in Oslo op 14 oktober. © GGAADD - Flickr
Pro-Koerdische demonstratie in Oslo op 14 oktober. © GGAADD -/ Flickr

Rusland als enige veiligheidsgarantiemacht
Rusland heeft belangrijke kaarten in handen in deze Noord-Syrische crisis. Het is nu plots de enige ware veiligheidsgarantiemacht in de regio. De VS onder Trump hebben hun geloofwaardigheid als alliantiepartner en machtsfactor verloren. Erdoğan zal zijn veiligheidszone niet volledig kunnen uitbouwen, maar moet wel met enig opgeheven hoofd een diplomatieke uitweg geboden worden. Het alternatief is verdere ontwrichting van de regio. “Al vele Koerdische strijders werden gedood”, zou Erdoğan aan zijn achterban kunnen vertellen. Maar hij heeft wellicht meer nodig.

Rusland zou het spel diplomatiek kunnen beheersen door op basis van het huidige momentum op het terrein een variant van het Adana Pact aan Erdoğan voor te leggen. Recent waren er gezamenlijke Amerikaans-Turkse patrouilles langs de Noord-Syrische grens.3 Zou Rusland nu de plaats van de Amerikanen innemen? Moet dit alles overigens geen draagvlak krijgen in de schoot van de VN Veiligheidsraad, waarbij een multinationale macht een fysieke hindernis tussen de Turks-Syrische grens zou creëren teneinde wat recent in NAVO-kringen nogal cynisch benoemd werd als de “legitieme veiligheidsverzuchtingen van Turkije” te bevredigen? Zou Moskou toch een buffer, maar dan van slechts een drietal kilometer toelaten? Of probeert Erdoğan toch nog een Noord-Cypriotische situatie te creëren, waar hij enige dagen geleden nog zelf naar verwees? Die kans lijkt een pak kleiner geworden sinds maandag 14 oktober. Hoe dan ook, het Adana Pact zal op zijn minst bron van inspiratie vormen voor een oplossing in Noord-Syrië.  

Er is wel een probleem indien een variant van het Adana Pact door de Russen zou worden voorgesteld. Onderdelen van de Syrian Democratic Forces (SDF) die nu een tijdelijke en zeer precaire alliantie maakten met de Syrische regeringstroepen van Assad hebben connecties met de PKK. Volgens Turkije is dat trouwens allemaal één en hetzelfde; SDF-YPG-PYD. Misschien hebben de SDF-strijdkrachten het overleven van hun bevolking opgeofferd voor een zeer precair eigen lot weldra?

Criekemans-art-Pro-Koerdische demonstatie in Luxemburg op 14 oktober waar de Europese mininsters van Buitenlandse Zaken de situatie in Noord-Syrië bespraken. © Jan Maximilian Gerlach - Flickr
Pro-Koerdische demonstratie in Luxemburg op 14 oktober waar de Europese ministers van Buitenlandse Zaken de situatie in Noord-Syrië bespraken. © Jan Maximilian Gerlach / Flickr

Waarschuwing voor Europa
Ook voor Europa vormt deze crisis een serieuze waarschuwing; in dit nieuwe tijdperk lijken vormen van machtspolitiek de basisvaluta te worden in de wereldpolitiek. Onze alliantie met Washington is in dit Trumpiaanse tijdperk onzeker geworden, zoals de Koerden mochten ondervinden. Bovendien ligt de Europese zuidoostelijke flank er relatief onbeschermd bij, zeker in een tijdperk waarin Erdoğan dreigt om vluchtelingen als oorlogswapen te gebruiken.

De uitspraken van Erdoğan dienen als een wake up call voor de Europese landen

In tijden van gepercipieerde zwakheid zou de verleiding wel eens kunnen bestaan om de machtsverhoudingen verder uit te testen. De uitspraken van Erdoğan zijn in deze zin in ieder geval een NAVO-alliantiepartner extreem onwaardig, en dienen als een wake up call voor de Europese landen. Europa zal zelf een eigen balanspolitiek moeten voeren. Daarin zouden, naast een zelfverklaarde beperktere rol voor de Verenigde Staten van Amerika, ook veiligheidspartners als Groot-Brittannië én de Russische federatie opgenomen moeten worden.

Wat gebeurde in het Midden-Oosten zou wel eens de voorbode kunnen vormen voor een bredere geostrategische herschikking om en rond Europa. De Europese landen moeten hun veiligheidspolitiek dringend integreren. Een nucleus van de Benelux-landen samen met Frankrijk en Duitsland zou hierin het voortouw moeten nemen.

Auteurs

David Criekemans
Hoofddocent aan de Universiteit Antwerpen